Sinne- en minnebeelden. Deel 2. Inleiding en commentaar
(1996)–Jacob Cats– Auteursrechtelijk beschermd4 De commentaarIn de commentaar die na de annotatie en de vertalingen wordt gegeven, is getracht het embleem als geheel te bespreken. Aan bod komen: de drie duidingen, de expliciete en impliciete (literaire en visuele) bronnen die als vertrekpunt - kunnen - hebben gediend, de verwerking van speficieke motieven en verder ontleningen aan klassieke en contemporaine auteurs, fabelboeken, bestiaria of imprese-verzamelingen. Kortom, een schets van de literair-, cultuur- en (of) kunsthistorische context.Ga naar eind19 De commentaren zijn tevens voorzien van steunillustraties, waarbij het kan gaan om frappante visuele voorgangers of opvallende (contemporaine) iconografische parallellen. Twee keer ben ik bewust daarvan afgeweken door te laten zien hoe één motief variërend werd uitgebeeld om zo aan te geven welke positie Cats binnen die picturale traditie | |
[pagina 102]
| |
innam: wat hij kón doen, waaruit hij kon kiezen en hoe hij en anderen het motief uiteindelijk emblematisch verwerkten. Dit gebeurt in de emblemen over de roos en het spinneweb (nr. xxxiii en xl). Hoewel Cats de aangehaalde toepassingen niet gekend hoeft te hebben, kan het inzichtgevend zijn na te gaan hoe zo'n verwerking verliep. Er is geen uitputtend overzicht gemaakt van de reacties van tijdgenoten en latere schrijvers (de waarderingsgeschiedenis); wel worden enkele gevallen van navolging en bewerking besproken, zodat aan de hand van kenmerkende voorbeelden iets van het zogenaamde Nachleben zichtbaar wordt. Daarbij is veelal sprake van ‘picturale homonymie’, dat wil zeggen een formele, visuele, overeenkomst, terwijl de betekenisgeving kan variëren. Bij het verwijzen naar die navolgers heb ik ernaar gestreefd een aantal representatieve voorbeelden te geven, verspreid over de bundel. De gevonden referenties en navolgingen staan telkens onder de aanduiding ‘Bewerking en navolging’ opgesomd, maar ze worden in de commentaar bij uitzondering ter sprake gebracht. Ook bewerkingen binnen het werk van Cats zelf, zoals die in zijn Klagende maeghden uit 1633 staan hier vermeld (vgl. tevens de appendix bij hoofdstuk 2.5 en Bijlage 4). Ten slotte is onder het kopje ‘Literatuur’ aan het eind van elk commentaar vermeld welke specifieke literatuur ik voor het embleem heb geraadpleegd en in welke studies, artikelen of boeken iets over het betreffende embleem wordt gezegd. Als een dergelijke studie meer dan eens is gebruikt voor de annotatie of de commentaar dan wordt die in de bijbehorende noten bij dat ene embleem afgekort en onder dit kopje ‘Literatuur’ volledig gegeven.
Men moet er constant op bedacht zijn dat bijgedachten van twintigste-eeuwse lezers niet per definitie deel uitmaken van de door de auteur bedoelde werkelijkheid. Al eerder werd er daarom op gewezen dan ook voorzichtig te zijn om wat bij ons, moderne lezers, in gedachten komt als een vanzelfsprekende inhoud van oude literaire werken op te vatten.Ga naar eind20 Vandaar dat zoveel mogelijk gebruik is gemaakt van historisch bronnenmateriaal dat Cats kan hebben gekend, of van studies die zich hierop hebben gebaseerd. De noten bij elk embleem bevatten nadere overwegingen, historische of feitelijke informatie, of werken een opgeworpen kwestie iets verder uit. Dit alles met als doel te informeren of het begrip voor de huidige geïnteresseerde lezer (binnen de grenzen van het haalbare en wenselijke) te verhogen. Hiermee is meteen aangegeven op welke mogelijke gebruiker en lezer van deze uitgave ik me heb willen richten: niet alleen op wetenschappers of gevorderde studenten maar ook op belangstellenden buiten het literair-historische vakgebied. Door middel van de annotaties en commentaren, en de letterlijke vertalingen is ernaar gestreefd woord en beeld in Cats' bundel voor een redelijk breed lezerspubliek toegankelijker te maken. | |
[pagina 103]
| |
Algemene overwegingen over de werkwijze en bedoelingen van de auteur zijn terug te vinden in de inleidende hoofdstukken. Daar wordt ook ingegaan op de aard en de herkomst van de bronnen, evenals op de manier waarop Cats die bronnen heeft verwerkt. Verder wordt er aandacht geschonken aan bijvoorbeeld de kleding op de prenten, de betekenis van de opbouw van de afzonderlijke emblemen en de structuur van de bundel in zijn geheel. |
|