1 Algemene inleiding
Jacob Cats (1577-1660) was eenenveertig jaar toen hij in 1618 debuteerde met zijn Silenus Alcibiadis, sive Proteus, later Sinne- en minnebeelden genoemd. Hij woonde te Middelburg, was stadsadvocaat en inmiddels dertien jaar getrouwd. Zijn emblematische werken droegen wezenlijk bij aan de ontwikkeling van de Nederlandse emblemataliteratuur die aan het begin van de zeventiende eeuw tot grote bloei kwam.
Voor zijn omvangrijke bundel putte Cats deels inspiratie uit zijn onmiddellijke omgeving, maar hij hield daarbij wel permanent een oog gericht op zijn boeken. Herhaaldelijk speelde hij een spel met herkenbare en alledaagse beelden, én ontleningen aan de literaire en beeldende traditie. De vraag is dan welke uitbeeldingen nieuw zijn, en welke reeds bestonden; en in het laatste geval, wat Cats daar eventueel aan toevoegde. Voor de - huidige - lezer lijken de stofkeuze en duidingen van sommige emblemen door hemzelf bedacht, maar voor een belangrijk deel waren bepaalde toepassingen al gevonden. Deze tekstuitgave probeert niet alleen de teksten van Cats zo goed mogelijk te begrijpen door ze van annotaties, vertalingen en toelichtingen te voorzien, maar ook inzicht te bieden in de manier waarop hij zijn bronnen gebruikte.
Aan de ene kant greep de Zeeuwse emblematicus in woord en beeld terug op (emblematische) voorgangers en sloot hij zich aan bij traditionele voorstellingen; anderzijds bracht hij een vernieuwing aan door ongebruikelijke motieven in te voeren en één afbeelding van een amoureuze, maatschappelijke en godsdienstige verklaring te voorzien. Zijn boek bevat aldus een invloedrijke ethica waarin over de meest uiteenlopende zaken zinvolle gedachten en wijze lessen zijn te vinden. De betekenis die de Sinne- en minnebeelden literair- en cultuurhistorisch heeft gehad, kan moeilijk worden overschat. De invloed van Cats' gedachtengoed reikt tot over de landsgrenzen, zowel in als buiten de literatuur.
Cats bestempelde de emblematiek als een aparte artistieke categorie, als een ‘maniere van schrijven’ (een genus scribendi). Het genre werd gekarakteriseerd door de wisselwerking van uitbeelden en uitleggen, door het proces van het verhullend onthullen, om al combinerend en redenerend een juist inzicht in het menselijk gedrag te krijgen. Het embleem presenteert de lezer een beeld, een nabootsing van de bestaande of denkbare werkelijkheid, wijst op de onderliggende waarheid of levensles en biedt handelingsnormen. Dit samengaan van woord en beeld, deze complementariteit tussen de beide zusterkunsten pictura en poesis, kwam