Lelu! Lelu! Het lied der vervreemding(1984)–Edgar Cairo– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [p. 713] Draibaka Go arki fa doti bradjari wan toko. Span banti santi a buba fu gron. Ondro lanki fu skwala bes'bes' taktori flogo ori. Osani no sa f' wani bar'wroko! San kon, j'e meki fuga lek' ogr'ede-t'tjo, pikin fu mamabere? A pina fu grontapu pot' ju so noja? Oskon! Di j' doro i doro, i no kapu, weri jubrus'su! [p. 714] Terugkeer Aarde ontdaan van helse rust! Gillende gronden, ongesust! Een spanning die zich aan de zwaartekracht per aardse korst vertilt. Zwellende spiegeloppervlak. Water dat stolt in woord- bereik. Aanschijn breekt door een muur van kracht! Ontvilde huid, er schuilt ons wrak in een ontzielend mensbesluit: terug! terug! Zie de terugverloren zoon: hij is tot vreemdeling verbruid. Hoe heemwaarts is zijn lot? Is het de wereld die hem velt? Is hij gods menselijk demon? Er is geen spraak die woordbraak telt vanuit het schervenhart? [p. 715] No noku rij i rij njun prodo-sjesi, saka mek' op'opo, loi wan swit'bruja! Ma lek' ju stinki lafu, boro baka baka, buk'ede fu fala dan wan pisi go fu kon! Tiri sipion! F'e skoinsi waki kontren fu kabana, so ondrolini! A di j' de f' doro oso, san f' bambukanu sutu-piki: pjjjow!! Ju wakti ben sa e de: sari fu noti! Kajanagraman!! Sari... fu sán?! Fu: LELU [p. 716] Terug! Terugverkoren zoon! Geen rijke buit, geen rust, geen roem. Geen praalpracht, 't kaalste feestgedruis... Slechts een geschonden lach! Slechts een verholen sluiploop: mensenvoet over verwonde wegen, terug! terug vanuit retoergevecht! Spion van de verscheurde stilten! Om zo aan de versplintering der horizon schuldig te zijn! Het beeld der ouderzame hut vergaat hem onder 't gewicht der blikken tot verteerde wieg! Zijn thuistred raakt verschoten tot de bulderende breuk van het kanon der vreugden! Er is een hart dat hem begluurt! Waartoe ontvlucht, ooit? Waartoe zielloosheid in afstanden beleden? Er is geen scheiding tussen bloed en werelden van thuis om 't heden. Buikkind blijft buikkind, al vergaat zijn negerhuis! (Geschreven omstreeks 1970, ongeb.) Vorige Volgende