Lelu! Lelu! Het lied der vervreemding
(1984)–Edgar Cairo– Auteursrechtelijk beschermd[p. 648] | |
[p. 649] | |
Revo-verzen 2
Motto
Hoe werd ik vogel?
Ik verkrop de dingen niet,
niet van nature. Onderdrukkers,
dat hebben júllie mij geleerd!
| |
• Oorlog aan de kameleonHou je afzijdig vriend en pak
geen stok om mij te slaan,
mij de verkeerde die je hier ziet staan!
Val míj́ niet aan en terg míj́ niet,
maar die ander daar (boersjwa-boersjwa)!
Verbitterd konstateer ik dat de liefde
(het deeg der alledaagse broden)
verzuurd is in de silo waarin aren
de massa's waren der verdoemenis!
Door de haatdrift geschift, de liefde,
liefde zij! Er is een plek geschonden:
't heiligdom van al ons zuivere bestaan.
Hoe kunnen wij de onheilskracht bezweren
die ons de zuurdesem
tot smakeloosheid doet vergaan?
Mijn machteloosheid is niet groot,
maar groot genoeg
geen kameleon te zijn, zoals de anderen,
(boersjwa-boersjwa), zoals zij die zich
| |
[p. 650] | |
Sonte mí, wrokoman,
no speri den
f' de libisma.
Mek den dan spot'
a mi tapu,
gi mi a dréginen
f' kwarkiburiki.
Mi sa boigi satisfaksi,
tan te mi ati lepi
f' kan bar'wroko:
Te dja, kajanagraman!!
Skot' ju morofara-go!!
Mi ati soká!
Soka te a popo
fu bigi kondre-lé!
Fu: OROSKOPU, 1969 | |
[p. 651] | |
aanpassen aan de verrotting om de winst
van het bedrog, mijn vriend, van het bedrog!
En van de schijn die 't kapitaal der natie
verteert tot bodemschatkist van de leegte!
Hoe arm toch zijn wij, verraden en geplukt!
De arbeider in mij kent niet - schijnt het -
de status van hun evenknie, terwijl zíj́
mens menen te wezen en te mogen heten.
Spottende razernij! Ik ben hun werkpaard,
hun ezel, hun sjees, hun koets, hun uitbuitlui!
Automaat die, voor 'n kwartje maar,
z'n schatten prijsgeeft en
die loopt gesmeerd op hún idee:
ben ík, héét ik, bij de boersjwa boersjwa!
Tevreden lot dat echter vreet en binnenvet
totdat de dag zal rijzen met het dagelijks brood
waarop ik hen in daverende drift zal wijzen:
Tot hier! of anders... 't is uw dood,
boersjzwijn of hoe u ook mocht heten!
Een koperen refrein dat schalt hoe 't lied
der razernij opdrijft uit het gerijpte harte-
zeer dat onderdrukking schiep.
Het barst van leugens in dit land, vervloekte!
Het barst van tekens aan de arbeidswand!
Ellendige boersjwa!
Uit: HOROSKOOP, 1969 |
|