Lelu! Lelu! Het lied der vervreemding(1984)–Edgar Cairo– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [p. 426] Frigit'odi Sowan moiti f'e du, te ten no plesa f' ter' fut'marki go pe a kon komoto, e buku oloisi broko a beki d'e naki na ati fu son soso kon boro doro djasode! Na smeri f' i, Sranan, - broimisi tron jorka! - na tesi f' i, a e tes' moro broikeksi di tanpor' no koti! Sowan saka kaba! Sowan bar'krébanja d'e dansi dedemofo, fu tek'-mek' sjen kon swar' a gudu san ben sargi a moi f' mi kra: ju, sowan tresoro! Mi, d'e fara, e fala! Damsko, 8-III-1976 Fu: JOWE, 1978 [p. 427] Aan mij de toenemende moeite je te vinden bij de weigering van tijd terug te keren op z'n schreden en zich dwars door het paneel der cijfers op het klokkebeeld, een weg te banen naar het bekken, waarin enkel nog het hart der zon, waarvan het kloppen tot hier doordringt. Jouw geur, Suriname, jouw liefdesgeur, - een schimmige bruiloft in 't verschiet! - om díe te mogen ruiken! En om je smaak te proeven, heerlijker dan huwelijkstaart van wie dan ook! De onze (ooit gebakken) is door de Hollandgang nimmer beroerd en blijft onaangesneden en bederft droef. Wat een verloren eind! Wat een feest van verdriet: te dansen aan de monding van de dood, waarbij de schaamte alle rijkdom van m'n roots dreigt te verzwelgen! Jij, zo een kostbaar gegeven! Ik, ver en geveld! Amsterdam, 8-III-1976 Uit: OERKRACHT, 1978 Vorige Volgende