van het onbewoonde Natal, dat zij wettig van Dingaan hadden verkregen! Dat mocht niet; die Zulu's moesten beschermd worden, en het beste middel daartoe zou zijn om Natal voor eigen rekening te bezetten. Lord Glenelg had wel duidelijk verklaard dat hij niets te maken wilde hebben met Natal, en de Boeren hadden even duidelijk te kennen gegeven, dat zij met Engeland niets meer te maken hadden, doch de gouverneur wist het beter. Om te beletten dat de Zulu's, van Natal beroofd zouden worden door de Boeren, moest Engeland dat land in bezit nemen, en om te verhinderen, dat de Boeren zich tegen dien maatregel verzett'en, kreeg majoor Charters in last om hunne wapenen en ammunitie in beslag te nemen. Dat zijne excellentie sir George Napier, gouverneur van de Kaap enz. enz., voor een oogenblik denken kon dat de Boeren, na al hetgeen zij geleden en gestreden hadden, goedsmoeds hunne wapenen, niet slechts zouden neerleggen maar afgeven, en zichzelven onweerbaar maken tegenover Zulu-assegaaien en Engelsche bajonetten (deze laatsten netjes in proclamatiën gehuld), is waarlijk naïef, voor zoover het niet zuiver Engelsch is. Doch het was wel te voorzien dat hij buiten den Boer rekende.
Majoor Charters vestigde zich met zijne Schotsche soldaten aan de Baai, begon een fortje te bouwen en gaf daarna het bevel over aan zijn opvolger, kapitein Jarvis, van het 72ste regiment. Nu heette het, dat het Engelsche Gouvernement den grond zou uitgeven aan Engelsche emigranten, en dat de Boeren evenals de andere ‘onderdanen’ van Hare Majesteit, de Koningin van Engeland zouden worden behandeld. Doch... kon Sir George proclameeren, de Boeren wisten te protesteeren. Dus luidde hun protest: ‘Ingeval vreemde emigranten in de Baai van Natal landen zonder vooraf verkregen toestemming van den Volksraad, dan zullen zoodanige emigranten als vijanden van den Staat worden beschouwd.’ En mocht de landing dier emigranten gedekt worden door eene militaire overmacht, zoodat die niet kon worden belet ‘dan’, zoo luidt de proclamatie, ‘zullen wij ons terugtrekken in de bosschen, bergen en kloven, die de Baai in alle directiën omringen, en aldaar, in afgezonderde kleine partijen, ieder op zich zelve, ageeren, naar het voorbeeld der verdrukte Spanjaarden, op het principe van don Carlos, geen lijfsgenade vragen of geven, totdat wij zullen hebben herkregen wat wettig het onze is.’ Als zegel op