Helaas!... het is reeds te laat. Op het moment zelf, dat ze, in een brandende omhelzing, voor 't laatst van Manoël afscheid neemt, hoort ze de opgehaalde kettingen ratelend knarsen.
- Ik ben verloren, de graaf zal mij doden! snikt zij, en zinkt machteloos in zijn armen.
- Dan sterf ik met u! roept Manoël heldhaftig, en tilt haar op. Met fier gebaar geeft hij zijn orkest de maat aan, en onder de hemelse tonen van een goddelijke dansmuziek, walst hij langzaam en als 't ware met haar zwevend in de opkomende maneschijn, naar 't water toe. Is het een droom, of werkelijkheid? Daar komen de teeromarmde geliefden aan de oeverrand, haar blank gewaad ruist even over 't buigend riet, de golven spatten op en schuimen, en beiden walsen door het brede water!
Op het kasteel is alles plotseling in rep en roer. De vlucht van de senorita is ontdekt, alarmtrompetten schallen, honden blaffen razend, don Asdrubal en donna Soledad komen, omringd door bedienden met fakkels en flambouwen, in wilde opgewondenheid naar 't water toe.
Daar zien ze, midden in de woest-kolkende vloed, hun enig kind, hun aangebeden dochter, worstelend tegen de dood. Des graven haren rijzen te berge, en met plukken rukt hij die uit. Donna Soledad, de waanzin nabij, slaakt hartverscheurende kreten.
- Redt mijn dochter! Redt mijn dochter! Wie haar redt, krijgt haar ten huwelijk! schreeuwt smekend de graaf. De ganse mannelijke bediening van het slot eensklaps te water! Ook een twintigtal blaffende en brullende honden te water!
Maar, onweerstaanbaar, gedragen door de heldhaftige klanken van zijn ‘Wassertraum’, zwevend met de gepâmeerde liefste in zijn armen door de feeëriek-verlichte golven, komt Manoël uitgeput, doch zegevierend op de andere oever aangeland en valt er met de senorita vóór don Asdrubal en donna Soledad op de knieën.
Zegen, vergiffenis, ridderlijke trouwbelofte, bruidsmars, droge kleren! In stoet, met de graaf en zijn vrouw, tussen een dubbele rij flambouwen-torsende bedienden en blaffende honden, gaan zij naar het fantastisch verlichte kasteel terug.