Het land van Rembrand
(1882-1884)–Cd. Busken Huet– AuteursrechtvrijStudiën over de Noordnederlandsche beschaving in de zeventiende eeuw
[pagina 415]
| |
cie, dat al de andere gewesten der Unie zich overschaduwd zien; en Amsterdam aan het hoofd van Holland zulk eene magtige stad, dat onder het bestuur van Willem III aan háár de beslissing over vrede of oorlog staat. Al bewegen de Staten-Generaal hemel en aarde; al vallen, in de Staten van Holland, de afgevaardigden van alle andere steden de Staten-Generaal bij; indien Amsterdam, meesteres van de koorden der beurs, neen zegt, dan blijft de buidel gesloten. Er is geen geld voor de vloot; geen geld voor het leger. De stadhouder moge praten als Brugman: Amsterdam laat, met zijne handen in het haar en zijne veldheersplannen in portefeuille, hem zitten. In 1683 en 1684 komt het tusschen haar en hem tot eene spanning; zoo sterk dat eene herhaling van het konflikt Oldenbarnevelt-Maurits te gemoet gezien wordt, of minstens eene nieuwe uitgaaf van den aanslag van Willem II. Doch Amsterdam geeft niet toeGa naar voetnoot1. Willem III eischt 16.000 man, ten einde de veroveringsplannen van Lodewijk XIV met nadruk te kunnen dwarsboomen. Amsterdam weigert niet alleen het werven der verlangde troepen, doch onderhandelt op | |
[pagina 416]
| |
eigen gelegenheid met Frankrijk over den vrede. Willem III beschuldigt de stad van hoogverraad. Amsterdam beweert, slechts het algemeen belang voor te staan, en krijgt haar zin. Het is waar dat bij andere gelegenheden Amsterdam den stadhouder naar hartelust te wille is, en hij het aan háár te danken heeft zoo hij in 1688 koning van Engeland worden kan. Nog na zijn dood vereert zij hem, door, bij het uitbreken van den spaanschen successie-oorlog, zijne tegen Lodewijk XIV gerigte politiek tot de hare te maken. ‘De vereenigde Staat’, boekt op het jaar 1702 de regtmatig trotsche stads-kronijkschrijver, ‘werdt, in den aanvang dezer eeuwe, in eenen nieuwen en zwaren oorlog ingewikkeld, die van den lande, voornaamlijk door den bystand van 't vermogend Amsterdam, eenige jaren met roem, schoon niet zonder zware kosten, gevoerd werdt’. |
|