Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Het land van Rembrand

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6,34 MB)

ebook (4,11 MB)






Genre
non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre
non-fictie/geschiedenis-archeologie
non-fictie/geschiedenis/Opstand


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Het land van Rembrand

(1882-1884)–Cd. Busken Huet

Studiën over de Noordnederlandsche beschaving in de zeventiende eeuw


Vorige Volgende
[p. 5]

[Tweede deel]

Voorrede

Dit deel zal uit vijf hoofdstukken bestaan, waarvan het eerste moet aantoonen in hoever de republiek der Zeven-Provincien eene theokratie, het tweede in hoever zij eene handelsinrigting geweest is. In het derde hoofdstuk zal over de wetenschappen en de letteren gesproken worden; in het vierde over de personen en de zeden; in het laatste over de kunst.

Nadrukkelijker nog dan in het voorberigt van het eerste deel moet ik kier mij verontschuldigen, dat slechts gedrukte en algemeen toegankelijke bronnen geraadpleegd werden.

‘Zommighen’, zegt Hooft in de opdragt zijner Nederlandsche Historien, en ik vraag verlof mijn werk onder de hoede dier voortreffelijke woorden te mogen stellen, ‘zommighen moghte het wel vreemdt voorkoomen, dat ik my onderwind, zaaken, die, al oover een wyle, van etlyke schrandre oft arbeidzaame hersenen in onze

[p. 6]

taal gemeldt zyn, weeder in de zelfste te vertoonen. Doch hun gelieve zich te erinneren, dat eenen yghelyke niet alles te voore komt, en vaaken de tydt yet verborgens oopenbaart, 't welk, aanmerkelyk van zelf, ook dikmaals tot ontfouwing van 't ouwde dient, en daaronder gemengt als nieuw, de zinnen aanlokt tot leezen en herleezen van geschiedenissen, zonder 't onthouden der welke 's Lands behoudenis last lydt.’

 

Cd. B.H.

 

Parijs, 1 Mei 1883.


Vorige Volgende