De bron-swaan, of mengeldigten
(1686)–Titia Brongersma– Auteursrechtvrij
[pagina 99]
| |
Sy staan geset op maat in goude spangen,
Als Duyven opgekropt voor Cypris kar,
En in gareelen met Turkooys behangen,
Wiens glinster men siet flikkeren van var,
Sal dan die handt die voortbrengt sulke swieren
En pen, niet zijn beslingert met Lauwrieren?
|
|