Op 't Treurspel van Roderik, Konink der Gotten, of de ondergank der selver Regeringe in Spangien, Gerijmt door de hooch Geleerde Heer Ludolf Smids, Medecijne Doctor binnen Gron.
HEeft Roderik de staf der Gottsche heerschappyen
Als dwingeland geswaayt in d'ongetoomde Min,
Florinde heel vergramt beeft al de Rasernyen
Om haar geleden smaat daar door gesoogen in:
Mit 's Vaders hulp, als ook Tancredos veynseryen
Het Zarazeensche Heyr deed' klaatren op den Troon
Van Spangiens trots. Iae liet door Mooren overstryen
Haar schender selfs, uyt spijt, en roven Hooft, en Kroon.
Dus valt het Rijk ter neer door stoute geyligheden,
Wijl dat de Wraak hoog is op Moortsugt uytgespant,
Wiens Treur Toneel Heer Smids ons koomt in Rijm ontleden
Waar door de Lauwer op sijn voorhooft wert geplant.
Hy toont Toledos Ramp, en Kaboos yslijk vvreeken,
Dog met dees Nederlaag beswijkt mijn Swanne veer.
En geeft bekranste Tolk tot Lof dit eenig Teeken
(Dat 's soo ik yets verdien) daar van aan V de Eer.