Nationale en Afrikaanse gedigte in Kaaps-Hollands. Bundel A(1916)–Melt Brink– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 109] [p. 109] In het album van mijn jonge vriendin W.K. (Op verzoek, 21 Junie 1910). Lieve kind, gij vraagt me een versje Hier te schrijven op dit blad, Maar waartoe dit wit papier toch Met mijn slechte rijm beklad? Wilt ge 't echter als herinn'ring Aan de oude rijmelaar! Zal ik 't, naar mijn best vermogen Samen lappen aan elkaar. En u wensen, dat het leven Nimmer voor u nacht mocht zijn, Maar een lentedag vol bloemen En vol warme zonneschijn. Dat de Hoop, onz' levenstrooster, U verzelle op uw weg, Tot gij, moe van 's levens wand'ling, Eens uw hoofd ter ruste leg. Vorige Volgende