Schalmeye, inhoudende veel geestelijcke liedekens
(1614)–Marijn de Brauwer– Auteursrechtvrij
[pagina 326]
| |
}Op de wyse: Alst begint.
Ga naar margenoot+ VRiendekens wilt aenmerken
Op dat ghy niet en faelt
Want nu door Satans werken
Ga naar margenoot+ Soo menich mensche dwaelt
Ga naar margenoot+ Alsoo Christus verhaelt
Int Evangelium al vooren
Zy sullen seggen voorwaer
Christus is hier en daer
Ga naar margenoot+ Maer en wiltse niet hooren
Satan vanden beginne
Ga naar margenoot+ Die heeft altijdt benijdt
Ga naar margenoot+ Dat wy t' onsen gewinne
Ga naar margenoot+ Van God worden bevrijt
Daer omme voert hy strijdt,
Ga naar margenoot+ Met vele boven maten
Als Pharao met moede fel
Ga naar margenoot+ Ginck vervolgen Israel
Als zy hem wilden verlaten.
Soo lange als zy hem dienden
En was Pharao niet gram
| |
[pagina 327]
| |
Maer waren soo zijn Vrienden
tot der tijdt dat Moyses quam,
Als Pharao dat vernam Ga naar margenoot+
Ginck hyse seer benyden
Die nu van desen wil scheen
Na Gods woort zijn leven leen Ga naar margenoot+
Die moeten altijdt strijden Ga naar margenoot+
Wy hebben meer te strijden Ga naar margenoot+
Dan tegen vlees en bloet
Alle die ons benyden
maeckt ons Paulus vroet
Tegen den hoogen moet
Van dese Werelt machtich,
Tegen Vorsten en gewelt Ga naar margenoot+
Daer sijn wy tegen ghestelt,
Om altijdt te strijden krachtich
Neemt Gods woort daer en tussen
Als een Sweert aen uwer sije Ga naar margenoot+
Daer me condt ghy uyt blusschen
De pijlen van u partije, Ga naar margenoot+
Treck aen met moede blye Ga naar margenoot+
Dat Harnas Gods eersame
Dat ghy t' uwer baten // fijn,
Meught van zijn Soldaten // sijn,
En voeren zynen Name
| |
[pagina 328]
| |
Ga naar margenoot+ Als vroome Christen knechten,
Weest altijdt bereyt
Ga naar margenoot+ Neemt op u hooft om vechten,
Ga naar margenoot+ Den Helm der zaligheyt
Van den Krist, oock niet scheydt
Des geloofs schilt, wilt vaten
En alsoo ten strijde gaen
Om u vijant wederstaen
Ghelijck Christus Soldaten.
Ga naar margenoot+ Hout altijdt goede wachte
Ga naar margenoot+ Voor de Stadt delicaet
Den vyandt dach en nachte
Ga naar margenoot+ Ons als een Leeu om gaet
Nijdich en opstinaer
Oft hy koste verwerven
Door eenich listigh feyt
Op den wegh die daer afleyt,
Om ons Zielen te verderven
Prince.
Ga naar margenoot+ Vele valsche Propheten
Ga naar margenoot+ Sullender opstaen,
Dit laet ons Christus weten
| |
[pagina 329]
| |
Al deur zijn goet vermaen Ga naar margenoot+
Waert mogelijck gedaen Ga naar margenoot+
Sonden ons maken dwalich Ga naar margenoot+
Maer wie volstandich blijft Ga naar margenoot+
Soo ons Mathei schrijft
Sullen hier na worden zalich Ga naar margenoot+
Schict u naer den tydt. |
|