777. M. ter Braak aan E. du Perron
Den Haag, 27 April '35
aant.
Beste Eddy Na een paar vacantiedagen ben ik weer luciferesk teruggestort in de journalistiek. Gelukkig wordt het tooneel al zeldzamer, maar de aversie van het schrijven als zoodanig heeft me op het oogenblik toch nog te pakken; doordat ik dat stuk voor Het Tweede Gezicht onderdoor nog moest schrijven, had ik een week een belabberd gevoel van overintellectueele topprestatie. Gisteren dus met Ant en Wim getennist. Die sport beheersch ik weliswaar niet al te best, maar het gaat toch beter dan biljarten. Ik herlas het stuk Het Instinct der Intellectueelen in proef, en het beviel me toch wel. Het is eigenlijk nog een duidelijke reactie op onze gesprekken en brieven over de hiërarchie. Schrijf me snel, wat je van den toon ervan denkt. Misschien hebben de Mussert-verkiezingen er ook eenigszins op gewerkt, op den toon, bedoel ik.
Het is overigens goed geweest, dat de N.S.B. flink wat stemmen heeft gekregen. Er is nu tenminste eenige deining in het andere kamp. Op de krant merk ik gelukkig nog niets van de 8%, die de liberalen hebben genekt. De Pantserkrant heeft er eenig opzien gebaard. Ik offreerde Schilt een exemplaar; vanmorgen kwam de Lang om het recensie ex. te gappen, maar hij was net te laat. Ik heb hem toen gezegd, dat hij er wel een van mij kon krijgen, maar hij had er al een bij Zijlstra ‘aangevraagd’; koopen bestaat voor hem niet. ‘Er komt ook een directeur in voor, hè?’ zei hij, ‘dat is zeker weer de gemeene vent?’ Hetgeen ik maar bevestigend heb beantwoord, met de toevoeging, dat die directeur natuurlijk het dichtst bij de wapenindustrie stond. Wat hij er nu na lezing van denken zal, weet ik niet. De prijs is ƒ 1,25, dus wel betaalbaar; maar het geheel zal toch het publiek wel weer afstooten, omdat de zoo gewaardeerde idealistische noot ontbreekt.
Ik wacht nu met spanning op den geheelen Ducroo. Hij zal nog dikker, maar zeker beter zijn dan het romandebuut van Anthoniet, dat ik zoojuist geeuwend half doorworstelde. Ik moet er nu over schrijven, helaas. Het is de ergste, leegste, moeizaamste, en