Stols een uitmuntend concept-contract, waar ik geen enkele aanmerking op heb; ik schrijf hem zelf binnenkort.
In Deel I (Afscheid) komen dus: 1o Afscheid van Domineesland, 2o Waarheen gaan wij?, 3o Ondergang, 4o Het Schoone Masker, 5o Dat ben jij, 6o Twee Methoden, 7o Waarom ik Amerika afwijs, 8o De Wegen. In deze volgorde, in de inhoud zet ik dan de jaartallen van de tijdschriftpublicatie er achter. In Deel 2 komt dan de rest, die ik nog ordenen moet; je hebt de titels van de stukken thuis. Het komt zoo ook ongeveer uit met de verdeeling in dikte.
Ik moet dus nog sturen: Afscheid v. Domineesland en Waarom Ketters. Van Stols krijg ik voorts nog in proef stuk over Marsman en Hinne Rode (Maja heb ik nog niet hier, komt in Febr.), die bij jou achtergelaten zijn.
Deel I heb ik geheel gecorrigeerd, kan na toevoeging van het Afscheid wat mij betreft dadelijk worden afgewerkt.
Hampton Court lijdt onder mijn vage griep en de afkeer van het leraarschap, die me altijd zoo eens in een paar maand overvalt. Ik kan me dan zoo groen en geel ergeren, dat ik daar zes uur per dag vergooi aan niets en 's avonds te lamlendig ben om te schrijven. Komt overigens wel weer terecht. Werkelijk, ik zou geknipt zijn voor Barnabooth, thans financieel bedoeld! - Over ‘Serieuze’ dingen kan ik dan ook niet al te best loskomen; de microscopische beslommeringen van het koeliewerk schijnen me dan ineens zoo serieus, dat ik er niet bovenuit kan zwemmen, naar het werkelijk serieuze.
Mijn vriendin heeft zich niet zoozeer in graphologische bespiegelingen over je hand verdiept, alleen zoo en passant daaraan de termen: ‘zeldzaam aardig, persoonlijk, flink, duidelijk, bevredigend’ (onderstreping van haar) gewijd en er bovendien aan toegevoegd, dat ze van zoo'n hand bijzonder graag brieven zou krijgen. Dit is overigens geen invite, want zoo is ze niet, maar als je haar soms over Prometheus zou willen attaqueeren, [...]. Voor de aardigheid zou ik wel eens willen zien, hoe de (inderdaad typisch hollandsche), onbevooroordeeldste vrouw, die ik ken, zou reageeren op de onbevooroordeeldste man, die ik ken.