Kerk en Staat in Mexico verzoenen zich
MEXICO-STAD, 29 juni - De Mexicaanse regering en de katholieke bisschoppen hebben hun geschillen bijgelegd. De bisschoppen aan vaardden een plechtige verklaring van interim-president Emilio Portes Gil, dat de verplichting
Sympathisanten van de ‘Cristeros’ tijdens een tegen de Mexicaanse regering gerichte manifestatie. De Cristeros die in een aantal Mexicaanse deelstaten actief zijn geweest, hebben de afgelopen jaren een bloedige strijd geleverd tegen de Mexicaanse overheid omdat deze ‘de heiligste rechten van de Rooms Katholieke Kerk’ zou aantasten. Zo werd de moord op president Obregon in de zomer van vorig jaar gepleegd door een Cristero.
voor priesters om zich te laten registreren bij de burgerlijke autoriteiten, niet betekent dat de regering probeert de Kerk te domineren.
Hiermee komt een voorlopig einde aan maanden van spanningen tussen Kerk en Staat die soms het karakter hebben aangenomen van een burgeroorlog. De Kerk verzette zich tegen de moderniseringen zoals die in de grondwet van 1917 zijn voorzien. In januari 1926 schreven de Mexicaanse bisschoppen dat ‘de grondwet de heiligste rechten van de Katholieke Kerk aantast’. President Calles besloot hierop de tegen de macht van de Kerk gerichte bepalingen in de grondwet uit te voeren: priesters moesten zich laten registreren bij de plaatselijke autoriteiten en katholieke lagere scholen werden gesloten.
Het conflict verscherpte zich toen de priesters hierna besloten geen missen meer op te dragen. In Jalisco en vier andere deelstaten werden katholieke guerrillagroepjes gevormd: de Cristeros, naar strijdkreet ‘Viva Cristo Rey’ (Leve Christus Koning). Tot in de zomer van 1927 werden over en weer bloedige moorden begaan.
De spanningen namen daarna iets af, maar in juli 1928 werd de weer tot president gekozen Obregon vermoord door een Cristero. Een halfjaar daarvoor waren een priester en drie anderen veroordeeld wegens een mislukte moordaanslag op Obregon.