Verzen(1898)–P.C. Boutens– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 74] [p. 74] Ga nu van mij. Ga nu van mij, en vraag mij niet, Ga heen bij den schijn van dit late lied, Dat u de duisternis niet vinde aan de grens van het dal, Als de laatste toon dooft in de nachtehal, - Want mijn liefde is niet voor u. Uw oogen zijn de oogen, die 'k minde in den slaap, Die stonden in sterrendroom het hoogst; - [pagina 75] [p. 75] Maar hoe mag ik binden bij de aren, die 'k raap In dag van verdriet, hun stralenoogst? - En mijn liefde is niet voor u. 'k Zag hoog boven nevel en lagen damp Uw ziel als een gouden storm opsteken, Een regenwolk van licht te breken, - Maar o laat mij donker bij droeve lamp, - Want mijn liefde is niet voor u. Hoe zou ik zitten, arm en bloot, Op hoogen troon van uw eêlsteen lichaam, En hooren het liefdelied van mijn naam, Een droom maar diep in droefheids dood? - Want mijn liefde is niet voor u. Hoe zou ik staan een boom zonder vrucht, Waar uw liefde stroomt door den blijden dag, [pagina 76] [p. 76] En weenen mijn avondtak-gerucht Door klarer waatren klaren lach? - Want mijn liefde is niet voor u. Hoe zou ik liggen, een donker meer, Op den lichten top van den berg uwer vreugd, Een open wonde onder open sfeer Van blauw geluk en zonnejeugd? - Want mijn liefde is niet voor u.... O mochten gaan saam voor ons uit, Wegen met eeuwge zon bestraat, Uw liefde rood en mijn liefde bleek als gaat Een paar van kindren voor jong man en bruid, - Maar mijn liefde is niet voor u. O konde ik gaan met u, een trouw vazal, Naar hoogten luchtig van gedachten, - [pagina 77] [p. 77] Maar ik moet blijven en wachten, Een eenzaam man in liefdes dal, - En mijn liefde is niet voor u.... Ga nu van mij en vraag mij niet, Ga heen bij den schijn van dit late lied, Dat u de duisternis niet vinde aan de grens van het dal, Als de laatste toon dooft in de nachtehal, - Want mijn liefde is niet voor u. Vorige Volgende