Verzen
(1898)–P.C. Boutens– Auteursrecht onbekend
[pagina 50]
| |
[pagina 51]
| |
De zee zong uit blauwen monde
Heel dien dag vreugdekonde:
Het was alles zoo licht en blijde,
Wat de zee zeide....
Daar was als een teêr-wit begeeren,
Dat éen oogenblik mocht keeren
Kinderreinheid herboren
Uit jongen tijd verloren....
De zee zong uit blauwen monde
Heel dien dag vreugdekonde:
Het was alles zoo licht en blijde,
Wat de zee zeide.
Wij zaten aan den zanddrempel
Van den lichten hemeltempel;
Wat verre schepen soms voeren
Langs de zeevloeren.
| |
[pagina 52]
| |
De zee was dien dag een wonder
Van blauwe eindeloosheid onder
Het luchtedak van kristallijn,
Onder den hemeltuin vol zonneschijn.
|
|