Sonnetten(1920)–P.C. Boutens– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 69] [p. 69] LXIII Geluk en diepste Smart is eindloos, kan Hier al, in 't enge kringen van den tijd, Van Gods kristalleklare oneindigheid Missen geen enkele afgemeten span: Geluk weet ver buiten den blauwen ban Der dagen al meer vreugden opgeleid, En naar Smart meer en stiller heeft geschreid, Sterren haar tranen van uit hooger plan. De breede raadselgolven schuiven aan, En ruischen uit in klanken on verstaan - Maar spelend op haar nauwen zanden zoom Voelen Geluk en Smart diep in den droom Als eeuwigen en tijdelijken vreê De nabuurschap dier grondelooze zee. Vorige Volgende