De Nederlandse regering wilde niet van de tradities van het asylrecht afwijken. Maar hoe de keizer onder te brengen? Men kon hem toch niet als een officiële gast ontvangen en evenmin als militair geïnterneerde. Was een particulier soms bereid zich over hem te ontfermen? En minister-president Ruys de Beerenbrouck telefoneerde vele vrienden-kasteelbezitters, totdat hij eindelijk iemand vond, die wilde helpen: Godard graaf Bentinck, eigenaar van het slot te Amerongen.
***
Laat in de middag stopte de keizerlijke trein te Maarn, het buurtstationnetje voor Amerongen. Graaf Bentinck boog eerbiedig voor zijn gast, die, zonder naar zijn gevolg om te zien, haastig in de grootste der gereedstaande auto's stapte. Een kwartier later zwenkte de wagen van de brede klinkerweg met zijn zandbegroeiing van berken en lijsterbessen af om over een zijweg bij Doorn op de brug voor het kasteelplein aan te sturen.
In het voorportaal, fraai antiek gemeubileerd, met jachttro-pheeën aan de wanden, werd Wilhelm voorgesteld aan gravin Nora Bentinck, die de keizer met fijne tact geen enkele vraag over de reis stelde en hem dadelijk uitnodigde aan het brandend haardvuur in de gobelinkamer plaats te nemen.
Met een zucht van ontspanning vlijde Wilhelm zich neer in een fauteuil naast de schouw, de gravin complimenterend over de smaak, waarmede zij haar schilderijen had gegroepeerd. Zijn blik bleef even rusten op een groot geschilderd portret van de stadhouder-koning Willem III: een wat duistere afbeelding van een beheerst en koelbloedig man, met dunne vastberaden lippen onder een fijne gebogen neus, intelligente ogen, koel en peinzend onder de golving van een zware pruik.
‘Had hij maar iets meer van diens eigenschappen bezeten’, dacht de gravin, terwijl zij vroeg of Zijne Majesteit iets wenste te gebruiken. ‘Als het mogelijk is’, sprak Wilhelm, zich in de handen wrijvend, ‘liefst een kop warme originele Engelse thee’. ‘Beter nog’, antwoordde de gravin, ‘wij zullen U een echte Schotse “high tea” laten opdienen, met alles wat daar bij hoort’, en zij gaf hoog op van de deugden van haar Schotse huishoudster, die het leven op het kasteel hielp veraangenamen.