boodschap aan het Congres, de 8ste Januari 1918, vatte Wilson zijn zienswijze samen in veertien punten, die hij als de grondslagen voor een rechtvaardige vrede beschouwde.
Het was geen onpractisch idealisme, dat hem tot de formulering van deze beginselverklaring bracht, maar de zeer persoonlijke overtuiging, een waarschuwende stem te moeten laten klinken tegen de politiek van de haat. Wilson kende het prestige waarover hij in het begin van 1918 beschikte. Hij wist in welke mate de geallieerden van Amerikaanse hulp afhankelijk waren. Geheime nota's zouden Clemenceau niet temmen. De president, overtuigd democraat, hanteerde in Januari het scherpste wapen waarover hij beschikte: een beroep op de publieke opinie. Het mes sneed naar vele kanten: het Amerikaanse volk, door strijdlust maar ook door winzucht bezield, werd nogmaals aan zijn historische missie herinnerd, Parijs ontving een gevoelige vermaning en de Duitsers kregen nogmaals gelegenheid zich te bezinnen.
Zo bezien vormen de ‘veertien punten van Wilson’ een meesterstuk van opbouwend idealisme. Later, in het oog van degenen die wisten hoe weinig er van de opgesomde beginselen - niet door Wilson's schuld - terecht was gekomen, heeft de verklaring van 8 Januari 1918 iets belachelijks gekregen. Indien echter de ‘practici’ die Wilson hoonden, slechts enigermate vooruit hadden gezien, zou het misschien tot hen doorgedrongen zijn hoe weinig perspectief hun realisme vertoonde.
Wilson kon echter niet voorzien dat het Duitse front zó plotseling zou ineenstorten. Hij rekende niet op door de Fransen en Engelsen gedicteerde wapenstilstandsvoorwaarden. De veertien punten waren bedoeld als een leidraad voor onderhandelingen, niet voor een overgave op genade of ongenade van de overwinnaars. Hij vermoedde ook niet, te Parijs zo eenzaam te zullen staan als later het geval bleek te zijn.
De belangrijke beginselen in de verklaring van begin 1918 konden stellig de toets der critiek doorstaan. De verwerping der geheime diplomatie was niet alleen een leus voor de toekomst (zij het niet zonder gevaar), maar tevens een middel om de komende vredesonderhandelingen voor het forum der wereld te doen plaats vinden. Een onpartijdige regeling der koloniale kwesties scheen noodzakelijk om conflicten tussen de ondertekenaren onderling te voorkomen. Het zelfbeschikkingsrecht der naties, de vorming van