geschoten en de dood moet ogenblikkelijk zijn ingetreden. De brigade heeft in hem een buitengewoon verdienstelijke seinofficier en een goede vriend verloren; zijn werk kwam voor hem altijd nummer één en ook de kleinste kleinigheid ontsnapte hem nooit.’
Er werden zoveel brieven van deze soort gepost, als troost voor ouders die hun zonen niet zouden weerzien. In dit geval was de mededeling, de goedbedoelde waardering voor de goede eigenschappen van de gesneuvelde, bestemd voor de moeder van de brillante atoomphysicus Moseley, wiens werk in de laatste jaren voor de oorlog in de internationale wetenschappelijke wereld zo sterk de aandacht had getrokken.
Een bericht met vreemde hand geschreven, dat de reeks brieven afsloot waarin de officier zijn moeder op de hoogte had gehouden van zijn lotgevallen op de landengte van Gallipolie, waar zijn regiment half Juli 1915 was ontscheept. Slechts bij uitzondering had de 27-jarige Moseley melding gemaakt van de verwoede strijd op het schiereiland. Liever vertelde hij over enige geologische vondsten in een granaattrechter, over planten en bloemen, die tussen de loopgraven hadden weten stand te houden, over lectuur in nachtelijke uren als hij op post zat bij een telefoontoestel.
Een kort hoofdstuk in dit rijke jonge leven, dat nu was afgesloten door een kogel die het hoofd doorboorde en het brein had uitgeschakeld waarvan nog alles te verwachten viel.
‘In een onderzoek, dat voorbestemd is een plaats in te nemen tussen de twaalf, die het schitterendst in vinding, het fraaist in uitvoering en het verstrekkendst in gevolgen zijn, die de geschiedenis der wetenschap kent’, schreef de Amerikaanse geleerde Millikan, ‘heeft een jongeman van zesentwintig de vensters geopend, waardoor we een blik kunnen werpen in de subatomaire wereld, met meer zekerheid dan we ooit hadden mogen verwachten. Als de Europese oorlog geen ander gevolg had gehad dan het uitblussen van dit levenslicht, dan zou dat alleen al voldoende zijn om hem te stempelen tot de afschuwelijkste en onherstelbaarste misdaad der geschiedenis.’
Met een enigszins andere argumentatie onderschreef Rutherford, Moseley's vaderlijke vriend en leermeester, het oordeel van zijn Amerikaanse collega: ‘Het is een nationale tragedie, dat onze militaire organisatie vooral in het begin zo weinig soepel was dat zij de