van desen dranck zijn, de eerste vintmen in de holligheyt van den Cocus-noot, de tweede wert getrocken uyt de bloemen van den selvigen boom? de derde vintmen heel veel in Banda ende inde Molluckische Eylanden, de welcke komt druypen uyt een boom die in fatsoen bykans den Indiaenschen Palm-boom gelijck is, ende dien dranck wert by de Inwoonderen Saguëer genoemt, dese drie soorten van natuurlijcke drank zijn door geheel Indien heel gemeen. Ende in 't generael magmen van haer seggen, dat sy in koude hoedanigheden uytmunten, ende over sulcks aen de zenuwen schadelijck zijn, indien yemant de selvige te veel in neemt, insonderheyt wanneer het lichaem door oeffeninge ofte door de Sonnen-brant verhit is: even gelijck wy voor desen in het Vaderlant wel gesien hebben, dat yemant des Somers, ofte inde Honts-dagen door 't loopen vermoeyt zijnde, ende van 't sweeten versmeltende, al te onvoorsightelijcken kout water ofte Krane-melck dronck, daer op schielijck gestorven, ofte ten minsten in groot perijckel des levens gekomen is. Over sulcks soo moetmen den dronck die uyt dese bomen vloeyt spaersamelijcken gebruycken: want men heeft menighmael gesien dat door het veel ende geduurigh gebruycken der selviger, insonderheyt des drancks Saguëer genoemt, niet alleenlijck langhduurende buyck-loop ontstaen is, maer dat oock die soorte van beroertheyt diemen Beriberij noemt, daer uyt gesproten is. Hier komt het van daen, dat meest alle menschen in Banda, ende op de andere Moluckische Eylanden,