De Aristarch van 't Y
(1998)–R.J.G. de Bonth– Auteursrechtelijk beschermd6.4 NomenVan de drie te onderscheiden aspecten van het begrip letter - nomen, figura en potestas - geeft Moonen op pagina 2 van zijn spraakkunst de ‘Naem’ van alle 26 letters die in het Nederlands worden gebruikt. Moonens benamingen voor de letters vertonen een grote mate van overeenstemming met de namen die Allardus Kók presenteert in zijn Ont-werp der Neder-duitsche letter-konst (1649). Verschillen zijn er alleen met betrekking tot de v en de w. Kók duidt de eerste letter zowel aan met ve als met va en de tweede letter met zowel we als met wa, terwijl Moonen uitsluitend de eerste letterbenamingen, dus ve en we, opgeeft. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 120]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De benamingen van de letters zijn in de grammatica van Sewel te vinden op de eerste twee pagina's. Hij vermeldt er uitdrukkelijk bij dat de door hem gegeven namen gebruikelijk zijn in Amsterdam.Ga naar voetnoot4 Hiermee wilde hij kennelijk aangeven dat in andere steden afwijkende benamingen gangbaar (kunnen) zijn. Sewel (1708: 2-3) merkt op dat men in plaats van uyt af en toe de oude spelling wt tegenkomt. Hij is van mening dat deze schrijfwijze is toe te schrijven aan de benaming Dubbelduw voor de letter w. Door deze in zijn ogen onjuiste naam is men de w namelijk gaan gebruiken als een dubbele u. Plaatsen we de gegevens uit de spraakkunsten van Moonen en Sewel naast elkaar, dan verkrijgen we de volgende tabel. Opgemerkt dient te worden dat ik ten aanzien van Sewels benamingen één kleine wijziging heb aangebracht. Hoewel Sewel aan het letterteken p de naam P heeft toegekend, heb ik naar aanleiding van zijn eigen typering van de medeklinkers - ‘die zonder byvoeginge der Klinkeren geenen klank maaken’ - en op basis van de tweede druk van de Nederduytsche spraakkonst uit 1712 P veranderd in Pe.
De bovenstaande tabel laat zien dat er slechts sprake is van geringe verschillen tussen de benamingen van Moonen en van Sewel, die de traditionele semivocalen - f, l, m, n, r, s (vgl. Dibbets 1968: 88-89) - is blijven voorzien van hun lange namen. Opmerkelijk is verder dat Sewel de letter z ‘Zeddet’ noemt, een benaming die gelijkenis vertoont met de naam die in de Twe-spraack (1584: A8v) aan deze letter wordt gegeven: ‘Zedde’. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 121]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Binnen het algemene woord letter valt het aspect naam bij de genoemde grammatici eenvoudig te isoleren. De andere twee aspecten van de term letter - teken en klank - leveren vaak wel moeilijkheden op. Oorzaak hiervan is dat deze twee termen nauw met elkaar verweven zijn, soms in elkaar overvloeien en verward worden (Dibbets 1968: 78).Ga naar voetnoot5 |