De Aristarch van 't Y
(1998)–R.J.G. de Bonth– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 113]
| |
5 Grammatica5.1 InleidingUit de geschriften van de Latijnse grammatici Quintilianus, Donatus en Priscianus, die tijdens de middeleeuwen en de humanistische periode grote invloed hebben gehad, ontstond binnen de grammatica een vierdeling. Deze vier delen werden in de dertiende eeuw gewoonlijk aangeduid als orthographia, prosodia, etymologia en syntaxis. Via de humanistische (school)grammatica's van het Latijn werd deze indeling van de grammatica overgenomen in de meeste volkstaalgrammatica's uit de zestiende en zeventiende eeuw.Ga naar voetnoot1 De hierbovengenoemde vierdeling van de grammatica komen we in de meeste Nederlandse triviumgrammatica's tegen. Deze spraakkunsten verschillen alleen van elkaar in de gebruikte Nederlandse termen voor de onderdelen, de volgorde van opsomming en bespreking, en de uitvoerigheid waarmee elk onderdeel is behandeld (Dibbets 1995: 13). De grammatica's van het Nederlands die in de achttiende eeuw verschenen, vormden een voortzetting van deze in de zestiende eeuw ontstane, op de Griekse en Latijnse grammaticale traditie geschoeide reglementerende spraakkunst. In grote lijnen werd deze traditionele grammatica identiek behandeld als in de zeventiende eeuw. Tot aan het eind van de achttiende eeuw treedt er in de omschrijving van het begrip grammatica, in de stof en in de indeling weinig verandering op (Knol 1977: 79). |
|