De Aristarch van 't Y
(1998)–R.J.G. de Bonth– Auteursrechtelijk beschermd1.3 Doelstelling en afbakening van het onderzoekHet object van het onderzoek waarvan hier verslag wordt gedaan, is de Proeve van Taal- en Dichtkunde; in Vrijmoedige Aanmerkingen op Vondels Vertaalde Herscheppingen van Ovidius van Balthazar Huydecoper. Dit boek bevat niet alleen relevante gegevens voor onderzoekers die belang stellen in de historiografie van de taalkunde, maar ook voor wetenschappers met interesse voor de geschiedenis van de dichtkunde. Aan de poëticale opvattingen die Huydecoper in zijn Proeve - en in andere geschriften - heeft verkondigd, wordt in deze studie voorbijgegaan.Ga naar voetnoot14 Het voornaamste doel van dit onderzoek is het verwerven van inzicht in de waarde van de Proeve als ‘spraakkunst’; dit gebeurt in de hoofdstukken 5 tot en met 7 van deze studie. Aan de hand van een systematische presentatie en beschrijving van de taalkundige gegevens uit het boek, en de plaatsing ervan tegen de achtergrond van de taalkundige ideeën in het begin van de achttiende eeuw in de Republiek. Gegevens uit andere teksten van Huydecoper zullen in de beschouwing worden betrokken voor zover ze aansluiten bij de aldus tot stand gebrachte spraakkunst. Huydecopers taalbeschouwing is niet systematisch getoetst aan moderne taalkundige inzichten. In 1994 heeft de Nijmeegse hoogleraar Engelse taalkunde Aarts tijdens zijn afscheidscollege met als titel Bewakers van de taal aandacht gevraagd voor de rol die puristen en prescriptivisten hebben gespeeld in de geschiedenis van de Engelse taal (Aarts 1994: 1). Hij werpt enkele interessante vragen op waar wetenschappers die zich met dit onderwerp bezighouden, een antwoord op zullen moeten formuleren (Aarts 1994: 3-4). Als we deze vragen toespitsen op het onderzoek naar de taalkundige ideeën die Huydecoper heeft geponeerd in de Proeve van Taal- en Dichtkunde, levert dat de volgende reeks vragen op:
| |||||||
[pagina 6]
| |||||||
Wat de laatste vraag betreft: tal van auteurs hebben de taal- en dichtkundige adviezen die Huydecoper hun in de Proeve aan de hand heeft gedaan, ter harte genomen. Sommigen van hen stellen hem daarvan in brieven op de hoogte.Ga naar voetnoot16 Dat dichters en taalkundigen waarde hechtten aan de mening van Huydecoper, blijkt daaruit dat zij hem manuscripten en gedrukte teksten ter beoordeling toezonden of hem om raad vroegen.Ga naar voetnoot17 |
|