XIV.
Nerva Ulpius Trajanus.
Trajanus, van Keizer Nerva tot zoon en navolger aangenoomen, is op den 6 November in 't 806 jaar na de bouwinge van Rome, en in 't 54 jaar na Christus geboorte in Italika, een stad in Spanje, nu Sevilla la veia genoemt, gebooren.
Zijn Vader was Trajanus; afkomstig uit een oud geslacht. Zijn Moeder is niet bekent, Zijn Zuster, Martiana; die voor het zesde Burgermeesterschap van Trajanus gesturven, en van den Raad Augusta genoemt is: naer haar is zekere stad in Mysien Martianopolis geheeten. Zijn Vrouw, Pompeja Plotina; een zeer heilige vrouw, zeit de jonge Plinius, dat is, die zeer zedig en goed was. Toen zy eerst in 't Vorstelijk hof trad, en zich daar van allerley pracht omringt bevond, zeide zy tot die geene, die by haar waren; 'k wensch hier te mogen uitgaan, gelijk als ik'er in kom; ja zy werkte zo veel by den Keizer uit, dat hy de schattingen en belastingen afschafte, het uitputten der Provincien deed ophouden, en Hadrianus, dien hy nooit had willen aanneemen, tot zijn zoon en navolger in 't rijk verklaarde; die daar na, voor die weldaad, haar een heerlijk graf binnen Nimes in Frankrijk gebouwt heeft. Zie Eutropius, Xifilinus in 't leven van Trajanus.
a. Geheel zouden wy van dien doorluchtigen Keizer berooft zijn, indien niet zijn penningen ons zijn krijgsbedrijven en burgerlijke daaden vertoonden, als het veroveren van Dacien, Armenien, Assyrien, Mesopotamien, Babylonien, Adiabenen, Parthen, Palestina, Arabien, &c. de Haven; de Burg; de Waterleidinge; de Basilica; de Bibliotheek, &c.
b. Doorgaans leest men op zijn penningen Optimo Principi, Aan den besten Vorst, een titel, die men ook op de penningen van Antoninus Pius en Severus ziet; doch achter zijn naam vind men eerst Optimo Aug. Aan den besten Augustus, welke naam hy kreeg, na dat hy Armenien vermeesterd had, en in zijn zesde Burgermeesterschap was getreeden. Ja de Romeinen geloofden, dat Trajanus een Vorst was, veel meer van den hemel gegeven, als door der menschen gunst verheven, dewijl in hem alle voortreffelijke hoedanigheden uitblonken. zie Dio.
c. In 't Kabinet van de Heer Lud. Smids ziet men dat Trajanus de Daciers overwonnen heeft op verscheide penningen, vertoonende een vrouwtje, zittende treurig op wapenen, getekent, Dac. Cap. Dacien verwonnen, of zodanig een treurig zittende vrouw, boven wiers hooft een wapenzuil staat, getekent, S.P.Q.R. Optimo Principi, de Raad en 't volk van Rome aan den besten Vorst; of twee wapenzuilen, betekenende de beide of hervatte oorloogen tegens Dacien, getekent, Senatus Populusque Romanus Optimo Principi, de Raad en 't volk van Rome aan den besten Vorst. Ook heeft die zelfde Heer een penning, waar op de verwinning van Arabien uitgebeeld staat, zijnde een vrouw, van manbaren stand, in lange klederen gekleed, steekende de rechterhand uit met een takje, houdende een parazonium, of gordelpook; nevens haar staat een Kameel, getekent, Arab. Acq. Arabien aangewonnen; 't geen men noch op verscheide van zijn penningen ziet; doch iets verscheelende.
d. Deze ziet men ook in 't Kabinet van de Heer Smids, waar op men een heerlijke boog ziet staan, op welkers opperste de Keizer op een zegewagen, van zes paarden voortgetrokken, wordende van een overwinningbeeld gekroond, tusschen eenige andere beelden en wapenzuilen ten toon staat, met welke beelden gelooft word dat de zegeboog van Konstantinus verciert is, getekent, met het gewoonlijke byschrift. Ook is my door de Heer P. Willink, een penning vereerd, waar op een oud man, even als alle de Stroomgoden, met een riet in de hand, veel waters uit een kruik stort, leggende onder een gewelfde boog, die met loofwerk verciert is, met het opschrift Aqua Tra. 't Water van Trajanus.
e. Toen hy Ktesifon, een stad van Parthie, overwonnen had, kreeg hy den naam van Parthicus, die hem van den Raad ook bevestigt wierd, waar op d'omleggende landen zonder strijd of wapenen van zelfs hem in den schoot zakten; des trok hy voort onder voorwendinge, dat de Koning van Armenie, van den Koning der Parthers, en niet van hem de kroon ontfangen had; derhalven, na dat hy Armenie en Parthie bemachtigt, en haar Koningen gestraft of gedood had, heeft hy deze rijken aan andere Koningen gegeven: van de Parthische betuigt het Dio aldus: Als hy te Ktesifon kwam, alle de Romeinen en Parthers die'er tegenwoordig waren, in een groote vlakte, by een geroepen, en een verheve plaats beklommen hebbende, beroemde hy zich over zijn gevoerde daaden, en stelde den Parthers Parthamaspates tot een Koning, hem de kroon op het hooft zettende. Dit bevestigt ook een penning uit mijn Kabinet, waar op de Keizer op een wagenzetel zit, daar een lijfschut achter hem staat, voor wien een vrou met een toornhulzel geknielt legt, getekent, Rex Parthis Datus, de Parthen een Koning gegeven. Eindelijk is hy op den 10 Augustus in 't 117 jaar na Christus geboorte aan de buikloop, binnen het Isaurische Seleucien gesturven, na dat hy ruim 63 jaaren geleeft, en 19 jaaren, 6 maanden, en 19 dagen geregeert had. Zie Viktor.