Serena(1898)–Marie Agathe Boddaert– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] Vóór 't witte bosch. De sneeuw is gevallen den ganschen nacht, En heeft een bosch gebouwd Van leliereine schitterpracht: Een bruidig woud. 't Staat onder 't sluierwit zoo stil Als vreesde 't, vol van schroom, 't Ontwaken dat verstoren wil Zijn schoonen droom; Alsof het luistert en luistrend nog hoort Vallen, vallen heel zacht, De witte vlokken uit 's hemels poort, Open van nacht. Vorige Volgende