Een nette verhandeling van de leger-ziekten, als mede van de scheeps-ziekten
(1703)–Steven Blankaart– Auteursrechtvrij
[pagina 180]
| |||||||||||||||
iets tot een toegift van by te voegen. Deze zijn niet anders, in 't begin dan roodagtige kleine Puisjes, tusschen de gewrigten der Toonen zig vertoonende; welke door de warmte geweldig komen te jeuken, voornamelijk des avonds, wanneer d’ uitwaseming des lighaams verminderd, en de vogten van binnen woeliger en heeter zijn. De stoffe, welke deze puisjes maakt, is een zoute slijmigheid, die de kliertjes des huids verstopt, voornamelijk aan d’ uiterste Leden, alzoo die of bloot zijn, ofte verre van het Herte af, zoo dat in die deelen de sappen, minst konnen uitwasemen: doet hier by het maaksel der pijpjes van die kliertjes, welke alzulke verdikte stoffe niet konnen doorlaten; welke geen doortogt vindende, aldaar moet blijven staan, ofte ten minsten trager loopen. Alzoo nu deze ziltige deeltjes door de slijm vast gehouden werden, en door eenige warmte aan het woelen geraken, zoo steken en kittelen zy met haare snijdingen alle de rontom uitgebreide Zenuwen- en Vlies-draatjes, het welk een jeukte veroorzaakt, tot welker soulaas men het krabben in 't werk stelt. Maar alzoo de opper-huid door het krabben dun werd, en allengskens open geraken, zoo komen daar sweertjes, en als deze droogen, volgen daar leelijke korsten en zeerigheden. De innerlijke Middelen zijn wel goed, maar | |||||||||||||||
[pagina 181]
| |||||||||||||||
doen het minste tot de zaak: egter mag men wel een Bloed-zuiverend Decoctum drinken, nu en dan eens Purgeeren en Zweeten: het alderbeste van innerlijke Middelen zijn de Mercuriale, en de Bloem van Zwavel, dagelijks ingenomen. De uiterlijke Middelen zijn veelderhande: welke dienstig zijn om te smeeren of te wasschen. Deze moeten ruimte in de huid maken, op dat die ziltige deeltjes mogen uitgang krijgen en de slijmige verdunt werden: hier toe zijn de Merculialia met de Zwavelige de beste: als
Of
Of
| |||||||||||||||
[pagina 182]
| |||||||||||||||
Hier mede moet men dagelijks de Krawagie strijken, het fraaiste van allen is het volgende:
De Quik-zilver gesmolten zijnde, giet daar over tagchentig oncen regen-water: maakt hier dikwijls een Spons of een doek in nat, en vrijft daar de handen en voeten mede, en alwaar het jukt. Met dit Middel heb ik geheele Huys-houden geholpen, tot de jongste Kinderen van twee of drie jaar toe. Dit Middel is niet alleen van de beste, die ik uitgevonden heb; maar het is zonder eenige stank, zalvigheid en smeerigheid verzelt: zoo dat men gebruiken kan, zonder dat het iemand bemerkt. |
|