| |
Het VII. Hoofd-Stuk. Van de Buik-loop, Roo-loop, &c.
ZOo in de Legers als op lange Zee-vaarten heeft men meenigmaals niet alleen Buik-loop, maar zelfs ook wel een Pestige Roode-loop, welke besmettelijk is: de gewoonelijke Buik-loop komt gemeenlijk van veel ligt vergoorende spijze te nuttigen, of dat die te veel verdorven is; het welke in de Legers dikmaals gebeurd, en te Scheep door allerley verdorve kost en drank, of zoo zy elders landen, te veel Orangien, Cinaas-appelen, en andere versche vrugten in een groote meenigte gulzelijk inslokken, alzoo zy haare behoorlijke levens-regel niet kennen, die ligt te buiten gaan. Wanneer nu deeze vrugten in 't lighaam bederven en verrotten, wat is ’er dan an-
| |
| |
ders te wagten, dan een Bloed te krijgen, dat vol vergoorde, scherpe en prikkelende deeltjes is, welke geduurig in de Maag en Darmen sijperende, werden de vliezen ofte Spieragtige rokken, (welke de Buis der gedarmten uitmaken) tot een ongewoone sterker beweginge aangehitst, waar door niet alleen de spijs te ras en te meenigvuldig afgaat, maar zelfs de drank heeft geen tijd dat zy door de Melk-vaatjes (welke door het Darmscheil, van de darmen af na de Gijl-zak, en eindelijk na het Bloed loopen) heen kan vlieten, maar de zelvige vergoord aanstonds, en werd door zijn prikkelinge van onderen afgejaagd. Het Bloed nu geen vogt genoeg krijgende, werden de Zieken dorstig, en krijgen een dikke spoeg met een drooge mond: door de scherpigheid krijgt men Buik-pijnen: door dien de Maag-sappen door het geduurig drinken uitgespoeld werden, en de Maag zijn behoorlijke honger-makende Sappen niet heeft, is ’er onlust tot eeten: want even als de mond gesteld is met dorst en droogte, alzoo is mede de Maag gesteld. De wanschapene menginge des Bloeds, is niet alleenig oorzaak van een wanschaape afscheidinge der Sappen, maar ook van een Koorts, die daar gemeenlijk by is.
Hier toe doet niet weinig de koude der logt; het slapen des nagts onder den blauwen dauwdruppenden Hemel, veel koud water drin-
| |
| |
ken, te naakt gaan, en voorts al wat onze lighamen zoo uiterlijk als innerlijk kan verkouwen. Door deeze verkoelinge krijgt men niet alleen Buik-pijnen, Pleuris, &c. en de Melk-sappen in het Bloed krijgen niet alleen een traager beweeginge, maar vergooren ligter, en haare deeltjes werden zeer scherp en prikkelende: welker weyagtig vogt in de darmen sijperende, ligtelijk die, als boven gezegt is, komen te prikkelen. Hierom is 't dat men van de Wey en voornamelijk de zuure, als mede van de Gekernde-melk dikmaals tot afgang werd genoodigd: het welke meer andere zuuren gemeen hebben, als de Zuuring, Tamarinde, Wijn-steen, Druiven, nieuwe Most, Pruimen en zoo voorts.
Hier toe doet mede niet weinig de stank in de Leger-tenten en Schepen, door gebrek van verschooninge en verdere reiniging, waar door de logt, ter plaatze daar zy haar bevinden, bedorven werd, welke geduurig ingeademd werdende, het Bloed bederfd, waar door het mede scherp werd, en bygevolg d’ eigenste tragedie in de gedarmten speeld, als vooren gezegt is.
De Roo-loop, erkend wel de zelvige oorzaak, wanneer deeze bedorven Melk-sappen nog scherper en scherper werden, maar de toevallen zijn veel zwaarder en gevaarlijker: men teld gemeenlijk drie graaden, als dat ’er met
| |
| |
den afgang, die zeer stinkt, veel Bloed afgaat; de tweede dat na de meenigvuldige snijdingen en knagingen in de gedarmten, Etter werd geloost, zijnde een teiken dat de darmen doorgegeten zijn: ten derden volgen vliesjes van de darmen, die zig als afschrapsels vertoonen: hier is dan een groote Koors by, met een onverzadelijken dorst.
De toevallen leeren genoeg dat alle gijl, drank, &c. in het Bloed komt, aldaar vergoord, en dat de vergoorde Wey door des Darmsklierige-rok werd afgescheiden, en aldaar prikkelende en knaagende, de Buik-pijnen en afgang veroorzaakt: het Bloed nu van zijn vogt beroofd zijnde, werd dik, zoodanig, dat ’er geen speeksel, om de mond te bevogtigen, kan afgescheiden werden, waar uit een onlijdelijken dorst ontstaat. Het Bloed nu dus verdikt zijnde, en geen vogt genoeg by zig hebbende, werd broeyende, en heet, het welk een hitsige Koors uitmaakt.
Dit is een Ziekte die altijd gevaarlijk is, want het is wel te gelooven, dat, wanneer daar knaagingen in de darmen zijn, mede ontstekingen moeten volgen, en bygevolg pijn, trekkingen en groote hitte der Ingewanden. De Zweeringen in de dunne darmen zijn veel zorggelijker, dan in de dikke, want de dunne konnen eerder doorgeeten werden, alzoo zy dunder zijn en tengerder Spier-veeselen
| |
| |
hebben: in tegendeel de dikke darmen hebben sterker Spier-vezelen, om dat de vuiligheden, haar toevertrouwd, meerder en sterker beweeginge van nooden hebben, dan de gijl met de vuiligheid te gelijk, want die stoffe aldaar vloeibaarder is, en kan gevoegelijk gemakkelijker voortgeperst werden.
Wanneer nu in de Gedarmten eenige groote Bloed-vaten doorknaagd zijn, werd door den afgang veel bloeds gelost, die niet wel te stoppen is, en dit zijn zeer gevaarlijke teikenen; alzoo het meenigvuldig bloeden, de geesten en kragten der Zieke beneemt, waar na Hik, Trekkingen, Braken, &c. komen te volgen.
Deeze Ziekte is gemeenlijk besmettelijk, zoo dat gantsche Legers en Schepen daar door onstoken werden, en dit is geen wonder, want de logt in een Tent, of Schip kan door eene Zieke, die geduurig uit- en in-ademd, bedorven werden, zoo dat andere, die zig daar by en om bevinden, deeze vuile logt mede komen in te ademen, waar door haar Bloed en Sappen op de zelfde wijze werd bedorven, even als die van de Zieke, en vervallen eerst in Koors, en alzoo allengskens in de Bloed-loop: even als een weinig zuurdeegs een geheele klomp ongezuurd deeg, mede zuur maakt.
Wat nu de Genezing belangt; zoo dat
| |
| |
hier de scherpigheden in het Bloed gematigd te werden, en, om een andere beweeginge, verschikking van deeltjes, &c. te vervorderen, moet men Zweet-middelen werk-stellig maken, waar door veel zuurs vervliegd, en de Koors geteugeld werd: 't is mede niet vreemd de Pis te vervorderen: door deeze veranderingen werden de beweegingen der darmen getemperd, en de afsijperende sappen haare knagingen benomen; welke stilstand vervorderd zijnde, zal deeze Bloed-loop met al zijn aanhang wel haast ophouden. Stoppende dingen moet men omzigtig gebruiken, ten waare die te gelijk zuur-temperende en zweet-drijvende waren. Die zoo maar enkelijk willen stoppen, verstaan niet dat d’ oorzaak in het Bloed is, en niet in de Darmen. Zommige geven Purgeer-middelen in, van Rhabarber, Myrobalanen, &c. welke te gelijk stoppen, maar dit moet al met omzigtigheid gedaan werden; want d’ ervaaring leerd, dat het wel een quaden uitslag gehad heeft. En by deeze quaal komt wel een Krankzinnige Koors, diepe Slaap-ziekten, Zijde-wee, Bloed-braaken, Schurft, Water-zugt, &c. want de quaal zit in de Darmen niet, maar in het Bloed: by de zuur-temperende middelen, en by de zweet-makende mag men wel versterkende en die beweginge stillen, vermengen:
| |
| |
| |
Zuurtemperende-Middelen.
Recipe. Ossa Calcinata, |
Corallia, |
Occuli Cancri, |
Cornu cerviustum, |
Creta Alba, |
Bolus Armena, |
Terra ex quibus Fistulae Tabacariae Conficiuntur. |
Chalybeata, |
Lapis Haematites, |
Crocus Martis, &c. |
| |
Zweet-Middelen
Recipe. Theriaca, |
Mithridatium, |
Diascordium, |
Philonium Romanum, |
Radices Contray eroae, |
Crocus, |
Tinctura crocii, |
Opii, |
Laudanum Opiatum. |
Deeze doen niet alleen het zweeten bevorderen, maar maken dat de sterke drift der Sappen na de darmen, bematigd werd, en haare scharpigheid getemperd, want door een beweeginge na de huid te maken, moet de be-
| |
| |
weeginge na de darmen verminderen: onderwijlen mag men daar wel versterkende dingen onder vermengen:
Als
| |
Versterkende Middelen.
Recipe. Oleum macis Destillatum, |
Nucis Moschatae expressum, |
Nux moschata, |
Cinamomum, |
Balsamum Peruvianum, |
Aqua Menthae, |
Cinamoni, &c. |
| |
Balsem-agtige en te gelijk de openingen in de Darmen genezende Middelen.
Recipe. Mastix, |
Myrrha, |
Thus, |
Terebinthina Veneta, |
Sanguis draconis, |
Gummi Arabicum, |
Tragacanthum, |
Elemni, |
Gluten, |
Ichthyocolla, |
Balsamum Peruvianum, |
Radices consolidae majoris, |
Amygdala Dulcia, |
Amylum, |
Vin Tint, |
Hypericum, &c. |
| |
| |
Die nu vringende dingen wil gebruiken, die niet al te sterk aan te prijzen zijn, kan zig van de volgende bedienen, wanneer de Loop meest begind te stillen:
| |
Stoppende Middelen,
Recipe. Radices Tormentillae, |
Bistortae, |
Cinamomum, |
Folia Myrti, |
Glandes, |
Mespila immaturae, |
Succus Acaciae, |
Hypocystidis, |
Caro Infumata, Siccata, & Pulverisata, |
Cortices granatorum, |
Castanearum, |
Quercuum, &c. |
Met het eeten van drooge Kaneel, heb ik over veele jaren mijn zelven geneezen, en daarom is het niet vreemd Kaneel-poeder, gestooten met warme Vin Tint, en een of twee doiren van Eyeren somwijlen in te neemen, in plaats van Kaneel mag men mede een gestoote Noote-moschaat gebruiken, welke versterkt en matig stopt. Melk met Rijs gekookt en Kaneel daar over gestrooid, is mede dienstig. Visch-lijm gekookt met zoete Melk: of ook wel gemeene Lijm, Arabise Gom, of Gom van Dragant, doet de Bloed-vloed zag-
| |
| |
jes ophouden, en geneest de darmen, alwaar het bloed uitsijperd.
Zoo nu de pijn der Darmen zeer groot is, met men zagte en pijn-stillende Klijsteren inspeuiten van zoete Melk, Terpentijn, en doiren van Eyeren, hier mag men mede verscheide andere dingen mengen, en dat na vereisch van zaken:
Als
Myrrha, |
Thus, |
Mastix, |
Balsamum Peruvianum, |
Bolus armena, |
Gluten, |
Mucilago Gummi Arabici, |
Ichthyocollae, &c. |
Ook mag daar wel wat Opium onder gemengd werden, om de pijn te stillen.
Op de Navel des buiks legt men Werk, dat van Pik-touw uitgerafeld is, in warme Brandewijn nat gemaakt, en doordrongen met olie van Noote-moskaat die uitgeperst is: in de plaats van Werk gebruikt men Scheeps-mos, of een heet Brood dat eerst uit den ooven komt.
Tegens te grooten dorst, drooge tong, benauwdheid voor 't hert, gebruikt men een kooksel van Scorsonera-wortel en geraspte
| |
| |
Harts-hoorn, of in plaats van dat, kookt men Gerst of Rijs in water tot zy gaar is, by welker doorzijgzel men wat Vin Tint, ofte eenige andere mag mengen, en daar matig van drinken.
Ik zoude alle deze dingen wel in Recepten gesteld hebben, maar de ervarene behoeven zulks niet; en d’ onervarene konnen zig van een Boek, dat de Nieuw-ligtende Practijk van my genoemd, uitgegeven, en eenige reizen herdrukt is, bedienen, alwaar den Leezer satisfactie zal konnen hebben.
|
|