CCCCXXII. Hoofd-stuk. Sagitta, Sagittalis, Lingua Serpentis, Serpents-tongen.
DE Serpents-tongen schieten uit witagtige, veselige wortelen verscheidene driekantige steelen, hebbende op haar top mede driekante bladen, matig lang en smal, aan beide syden spits, met ingetrokke syden en scherpe einden, seer na de driekante spits van een pyl gelykende. Van tusschen dese stelen en bladen schiet uit de wortel een ronde, gladde, effene, holle en voose steel, brengende hier en daar drie witte drie-bladige bloemtjes voort, die in haar midden verscheide roode draadjes hebben, waar na groene, ronde, en rouwe bolletjes volgen. Dit gewas werd dikmaals grooter ofte kleender na de verscheidentheid van plaats.
Sy wassen in de staande wateren en slooten. Het