Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden
(1698)–Steven Blankaart– Auteursrechtvrij
[pagina t.o. 458]
| |
Petasites.
dokke-bladen, pestilenti-wortel. | |
[pagina 459]
| |
scheide andere gedeelt, gemeenlyk in sessen, zynde het uiterste een oneffen, makende te samen dertien uit, en yder van dese is dan nog wel in vyven en dryen gedeelt, welke dan nog al weder onder deeld zyn, welkers uiterste rand getand ofte gekerft is, komende de kervel van gedaante seer na by. De struik wast somtyds wel vier voeten hoog; zynde dun rond en eenigsins gestreept. Op de topjes der takjes komen kroontjes ofte kransjes met seer kleine witte ofte geelagtige bloemtjes: waar na klein, rondagtig, en groenagtig zaad voortkomt. De wortel is lang, niet over dik (maar op sommige plaatsen in Duitsland, vind men die soo dik als een arm) van buiten en van binnen wit. Van deze selfde soort is nog een ander, alleen verschelende dat de bladen gekrult ofte gekronkelt zyn. Men vindse beide in de moes-hoven; haar wortel blyft des winters over, met een weinig bladen, maar in de somer wast het seer weelderig, bloeijende in het tweede jaar. Het geheele gewas bestaat uit een vlug en oliagtig sout, dat uit de reuk en smaak blykbaar is. Het kruid en zaad, als mede de wortel werd tegens het graveel en opgestopte pis gebruikt: als mede tegens verstopte Longen, Lever, Milt, en verdere verstopte ingewanden: verwekt de Maand-vloed, vermeerdert de melk. Dit gewas kan men in kooksels gebruiken. Het zaad in poeder; het kruid moet versch gebruikt worden, want de gedroogde heeft zyn kragt verloren: hier uit kan men mede een sap persen en drinken, of halen daar een water van over; of dampen het uit tot een Extract. De wortelen kan men versch ofte gedroogt koken en drinken. De selvige eet men in Duitsland als de Pastinaken, by vleis als anders; maar hier kookt men de selvige by water-visch te gelyk met hare bladen: | |
[pagina 460]
| |
anders de bladen werden gekorven, en over gesoute-visch, Schel-visch, enz. met boter gesmolten en gegeten. De rauwe Peterselie heel zynde, doet men over gekookte Salm, ofte Vleis, enz. |
|