XXXIII. Hoofd-stuk. Androsaemum, ofte Mans-bloed.
DE Androsaemum spruit uit een houtagtige, harde wortel opwaarts, als een heestertjen, met zyne ronde, harde, gestreepte, en onder houtagtige stelen, die twee ofte dry spannen hoog wasschen. De bladen staan aan haar steel twee en twee over malkanderen, van groote en maaksel byna de Kamper-foelje ofte geite-blad gelykende, glad en ongeschaart: de jonge bladen zyn groen, maar in den Herfst, oud werdende, bruin-rood, welkers sap rood is; waar van daan dat ook de naam komt. Op de toppen komen in de Hoy-maand, en Oogst-maand, verscheide redelyk groote vyfbladige bloemtjes, hebbende in 't midden eenige veseltjes; van agteren zyn mede rood-groene blaadjes, tot stevigheid, geplaatst. Daar na komen daar groene besien aan, die allenxkens rood werden, en allenxkens soo swart als die van de vlier, van groote als een roode Aal-besie; waar in het bruine zaad besloten legt.
Men vind het meest in de Kruid-tuinen alhier: andersins in de Bosschagien en Kreupel-bosschen van Engeland, Italien, enz. De plant blyft des Winters in 't leven; en werd mede van zyn zaad voortgeteelt; zynde cierlyk in de Hoven.
Het heeft in de Genees-kunde geen groot gebruik: maar agte egter niet te min, of de kragten verschelen weinig van den Hypericum ofte Sint Jans kruid: namelyk in wonden te genesen. Het sap is dienstig om Kattoen een roode verf te geven; en de Wyn rood te maken. Het zaad doet wel wateren, en stopt de roode buik-vloed en Vrouwen-