Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden (1698)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden
Afbeelding van Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruidenToon afbeelding van titelpagina van Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.77 MB)

ebook (8.42 MB)

XML (1.11 MB)

tekstbestand






Illustrators

Jan Luyken

Caspar Luyken



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
non-fictie/natuurwetenschappen/biologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden

(1698)–Steven Blankaart–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

VIII. Hoofd-stuk. Acetosa ofte Oxalis, Suiring ofe Surkel genaamt.

DAar groeyen alhier soo in 't wild als in de Hoven verscheide soorten van Suiring ofte Surkel, als daar is de Veld-Suiring, die men mede in de Hoven said; de Schape-Suiring, Spaanse-Suiring en Roomse-Suiring.

De Veld-Suiring heeft lange dog tamelyk smalle bladen, matiglyk scherp, ongeschaart, sappig, vry groen van koleur, en suur van smaak; aan haar begin, by de steel, syn sy wat breeder; dese steel is niet rond, en eer die sig in het blad begeeft, is het blad met scherpe punten ofte oortjes agter uitgeset. Groeyende met groene steeltjes uit de wortel ofte Stammetjen. Het Stammetje is dun en rond, van een elle ontrent hoog, allenxkens rood werdende: aan de top komen eenige kleyne bruin-roode knopjes, die open gaande een soort van bloemtjes vertoonen: waar na een vry bruin en drykantig saad, gelyk de boek-weit, voort-gebracht werd. Sy heeft een matig lange, dog taeye wortel, geel en

[pagina 22]
[p. 22]

rood-agtig van koleur, met veele aanhangende veselen.

Als dese in de Hoven gesait en geplant werd, is sy veel lyviger en sappiger van blad, als die in het Veld wast.

De Spaanse Suuring is dese geheel gelyk, maar wast hooger, is sappiger, geelder en grooter van blad: die men hier alleen in de Hoven vind.

De Schape Suuring, welke veel in 't wild op schrale plaatsen wast, is beide de voorgaande in alle deelen gelyk, maar wast een vinger of anderhalf hoog, en de bladen zyn schraal en tenger, als mede het de bloemtjes en saad: is ook van onderen tot boven vry rooder van koleur.

De Roomse Suuring is van smaak, wortel en zaad d'andere gelyk: maar het zaad is ligter van koleur en grooter. De bladeren syn veel korter, voor scherp, en aan yder zyde twee inbogten, die dan wederom by de steel twee scherpe enden ofte oortjes krygen. Sy syn bleek groen, ofte blauwagtig groen. Wast niet regt op, maar legt, om de dunnigheid syns steels op de aarde. Dese werd alhier alleen in de Hoven gesien.

Hare geslagt-teikenen syn dry-kantig en blinkend zaad, ses-bladige bloem, waar van dry blaadjes het zaad bedekken, digt aan malkanderen hangende, en de bladen suur.

In de Wiede-maand beginnen dese dry eerste soorten meest te bloeyen, dat in de Hoy-maand, en Oogst-maand volkomen ryp is. Maar de Schaaps-Suiring is in de Oogst-maand en de Herfts-maand op syn beste en schoonste.

Alle dese soorten verhitten het bloed niet, maar doen het tegen-deel, alsoo zy door haar suur het bloed eenigsins veranderen en in syn loop vertragen en 't selvige wat verdikken. En dit leert men

[pagina 23]
[p. 23]

wanneer men die met soete melk kookt, om wei ofte heu te te maken, soo schift de melk en werd dik, soo dat de wei daar afscheid: de selvige maakt den buik week, is smakelyk by vleis gekookt, of met Porcelein gestooft; ofte by Spinagie, ofte Krop-Sala gestooft. Het verslaat den dorst, en is niet onaangenaam van smaak: men maakt daar ook een sauce af met boter, die men over de gekookte schol eet. Uit het sap werd mede in de Apotheek een Syroop gemaakt, om de brand des monds te verkoelen. Het water daar van gedistilleert, is van weinig belang: dog verkoelende. Met een deel Suuring en twee deelen Suiker, maakt men een Conserf tegens de hitsige maag en de soo genaamde Galsiekten. Het werd mede veel gekookt by de gewoonlyke Mei-dranken, waar by men 't loof van Paarde-Bloemen, Duive Kervel, Sala, Endivie enz. doet. Het warm gemaakte Sap is bequaam het yzer-smet uit het linnen te doen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken