bloed of het senuw-vogt, in welke de tinctuur van den opium is, daar na toe gevoert; den opium dan bestaande uit een vlug-sout en korte olie takjes, temperen het suur, en omvatten het selve soodanig, dat het geen magt heeft om sig te konnen reppen; de deeltjes dan in het pijnelyke deel aldus allenxkens gebonden en geknevelt sijnde, konnen daar geen convulsien meer in de zenuw-leden ontstaan, soo dat de ziel van dat deel sulke groote bewegingen niet gewaar werd, waar door het gevoelen van pyn dan ophoud.
Behalven dat den opium de pyne stilt, doet hy ook slapen, om dat hy gelyk alle dronken-makende dingen, niet alleen met de fijne vogten door de hersen-pijpjes loopt, maar dewyl de slym in dat lighaam dunder werd, geraakt de slym daar mede in, welke door de alderfijnste pypjes niet konnende doordringen, de vloed der hersen-vogten belet, en by gevolg een slaap maakt. En daarom sterven sommige, als sy te veel van dit middel gebruikt hebben, want'er dan al te veel slym in de hersen-pijpjes geraakt.
De goede slag van pols, het rood werden van het aansigt, en voornamelyk het sweeten, geven ons getuigen genoeg, dat dese opium het bloed eerder verdunt als verdikt. Die meer van den opium begeert te weten, lese myn Collectanea, Cent. 6. obs. 97. alwaar ik nog verscheide verschynsels opgehaalt heb, die ik hier niet kan uitschrijven, zynde een brief aan een van myne discipelen geschreven, en jegenwoordig een deftig Praktizyn.
Behalven den opium sijn der nog meerderlei slaap-middelen, die soo veel in 't gebruik niet en sijn, als:
Papaver Nostr. |
Mandragora. |
Hyoscyamus. |
Solanum. |