De Kartesiaanse academie ofte, institutie der medicyne(1683)–Steven Blankaart– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio *5] [fol. *5] Ontledinge der Ontleding, Van Steven Blankaart, Geneesheer. Tuus jam regnat Apollo. HOe wou de Outheit haar verwond'ren, Kon sy dit heylsaam Ligt verstaan, Om Godt Apollos weg te gaan, In spiit der Nijt, die brult van ond'ren: Siet hier een wonder in dees blaan. Een Kruydt, een Balsem uit het Eden, Geplukt van de alderbeste stam, Wiens uytleg van een Godts-spraak kwam: Een Baak door de alderwijste reden, Daar Blankaart 't Onderwijs uit nam. Een leering van gewisse Orak'len, Waar door men aller oorspronk kent: Want waar sig siekte of toeval went, Hy doet die met kunst-ketens schak'len, En helpt 't vervallene over ent. Dus waakt hy om wel op te passen, Op dat ons konstige gebouw Niet wort ontciert met Dootsche rouw; Nog dat ons niet en komt verrassen, Een Broyng met een kille kouw. [Folio *5v] [fol. *5v] So praaltmen nu met nieuwe vonden, Om rustiglijk ten keer te gaan De quaalen die ons vallen aan: Hier kraptmen niet de oude wonden, Nu 't Oudt, by 't Nieuwe mank sal staan. Galenus Esel voort te dryven Valt swaar, vermits sijn trage tret: Sijn kraam te vol van drank beset, Tot dat de Doodt 't RECEPT moet schrijven, Dan raak een sieke eerst van 't bet. Wie dan door artzeny wil leven Gesont of schielijk sijn herstelt, Als gy met siekte werdt gekwelt, Moet sig tot Blankaarts kunst begeven, Of anders mist hy 't regte velt. Emanuel van Yperen, Med. Doct. Vorige Volgende