De dichtwerken van Bilderdijk. Supplement. De mensch en de dichter Willem Bilderdijk
(1859)–Willem Bilderdijk, Isaäc da Costa– AuteursrechtvrijEene bijdrage tot de kennis van zijn leven, karakter en geschriften
[pagina π3]
| |
[pagina 2]
| |
INDIEN IK U VERGETE - - | |
[pagina 3]
| |
aant.[Eerste levensnacht]De voorbeelden zullen wel niet talrijk zijn van een welkomstgroet by de intrede in dit leven, als in den nacht tusschen zeven en acht September 1756 te beurt viel aan den pas geboren spruit in een huis te Amsterdam in de onmiddelijke nabijheid der Westerkerk. Het jongske was even zes- of achttien uren oud, toen door een hoop opgeruid volk al de buitenvensterglazen der ouderlijke woning werden ingeslagen, de kamer niet uitgezonderd, waarin voor moeder en kind een rustiger nacht te gemoet was gezien. Het op zoo onbescheidene wijze verwelkomd wicht was een zoon geboren aan Dr. Izaak Bilderdijk, weinige dagen later in de naby gelegen kerk met den naam van Willem naar zijnen grootvader van moederszijde gedoopt. Het straatrumoer in den nacht na de geboorte werd door de familie toegeschreven aan een hatelijken grap van zekeren losbol, die met haar in | |
[pagina 4]
| |
aant.onmin verkeerde. Of ook partijgeest daarby in het spel geweest mag zijn, is door den Dichter, toen hy in laten ouderdom den zonderlingen geboortegroet in een merkwaardig vers herdacht, niet stellig gezegd.Ga naar voetnoot* Doch zeker is het, dat de oude Heer Bilderdijk in zijnen tijd en in zijne mate, even als in later dagen zijn beroemde zoon, van wege brandenden ijver voor het huis van Oranje in het oog liep, en by de tegenpartij te Amsterdam in blakende ongunst stond. |
|