De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14
(1859)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij
[pagina 183]
| |
Tijdkorting.Ga naar voetnoot*Ce peu de séjour dans le corps qui nous reste, nous incommode si fort, qu'on ne songe qu'à le perdre. 't Is voor een korte poos dat we in dit lichaam leven,
Maar nog te lang voor u die haar verkorten wilt;
Die 't niet gebruiken kan, dien is 't tot last gegeven,
Hoe kostlijk 't goed ook zij; geen wonder zoo men 't spilt.
Waar dient u 't leven toe? Tot slapen, eten, drinken,
En smaakloos schijnvermaak dat spoedig walging teelt;
Gerel dat wijsheid heet, en onbezuisd rinkinken;
Begeerte zonder doel; genieting die verveelt.
'k Erken het: zoo we ons-zelf in dezen kring besluiten
Te leêg voor geest en hart is deze Kerkerkrocht.
Maar doe de vensters op, en wend het oog naar buiten,
Daar is de ruime lucht met vrijen ademtocht.
Daar stelt de Hemel u geheel zijn omvang open,
Leer de eens verlamde vlerk slechts moedig uit te slaan:
Die houdt genieting in voor 't hier verijdeld hopen;
Daar vindt ge uw vatbaarheên voor waar geluk voldaan!
1826.
|
|