De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14
(1859)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijJob en Salomo.Ga naar voetnoot*
De hoogst rampzalige der menschen niet alleen,
Ook de algelukkigste der Koningen op aarde,
Erkenden al 't genot des levens zonder waarde:
En Heil en Jammer stemt in de uitspraak over een.
Wat dan verbloemt men 't zich? Wat wil men 't wederstreven?
Wat hoopt ge, ô dwaze mensch, van 't wisselvallig leven?
't Is, spijs voor 't hongrend hart in ijdlen droom gezocht,
In stormnood op den top der schuddende esch geklommen,
By 't schokken van den dijk naar volle zee gezwommen,
En, 't levenvoedend brood voor waterschuim verkocht.
1826.
|
|