De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14
(1859)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij
[pagina 113]
| |
Volksgeluk.Ga naar voetnoot*Videbam monarchiam absque tyrannide, aristocratiam sine factionibus, democratiam sine tumultu, opes absque luxu, felicitatem absque procacitate. Quid hâc harmoniâ cogitari potest felicius? 'k Zag 't Koninklijk gebied zich bindende aan de wet,
't Gezag der Oudsten van partyzucht onbesmet,
En Volksbestiering door geen tuimelgeest gedreven:
'k Zag rijkdom zonder weelde, in hoogen top geheven,
En welvaart zonder trots of wulpsche dartelheid,
En nergens spoor dier traan, die broodbehoefte schreit.
Gelukkig Land en Volk! - Mag dit uw beeltnis heeten,
Mijn vaderland? - Spreek op, maar spreek naar uw geweten!
Of is 't gezag hier in des Konings staf ontwricht?
Of zijn zijn dienaars hem aanspraaklijk in hun plicht?
Is 't volkstem of geschreeuw van Fransche vloekkabalen,
Waar naar ge u voegen moet, en lijden en betalen?
Is 't armoê en verval waar ge in verkwijnt en zucht,
Daar weelde tergend brast van uwer handen vrucht?
Is 't juichen of gegrijns waarvan u de ooren tuiten,
Terwijl ge in de enge borst uw klachten op moet sluiten?
Vraag wat uw toestand zij; en, voelt gy 't, bid tot God!
Hy strafte u; maar Hy wendt het oog niet van uw lot.
1825.
|
|