De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 13
(1859)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij
[pagina 346]
| |
Kennis.Ga naar voetnoot*Behoed ons, God, voor 't slechts ten halve kennen,
't Ten naasten by, dat door den schijn misleidt!
Geef mijn verstand de vlucht der aadlaarspennen,
Of 't opzien slechts van menschen-needrigheid!
De pleisterplaats van die naar wijsheid trachten,
Het nederzien van d'eens bestegen trap,
En zich ten top van 't onbereikbare achten,
Bedwelmt het hoofd met ijdle dronkenschap.
Neen, hef my 't oog, en trek my steeds naar boven;
Of laat my hier bedachtzaam aan den voet,
Met argloos hart het hooger licht gelooven,
Dat in my gloort en eens ontwikklen moet!
'k Zag honderden naar 't trotsche bergslot stijgen,
En met een walm van glorie overguld;
Maar redloos in de kloven nederzijgen,
Waarmeê de weg der kennis is vervuld.
'k Zag tuimelen in d' afgrond van 't vertwijfelen,
Die 't hoofd te trots dorst steken in de lucht;
Daar, by zijn val, het juichend addersijfelen
Zich mengelde aan zijn hollen wanhoopszucht.
Leer Gy me, ô God, u nader by te zoeken,
In geest, en stof, en in en om my heen:
Niet langs een berg van waangeleerde boeken,
Maar in Uw woord en mijn gevoel alleen.
1822.
|
|