De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 13(1859)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 339] [p. 339] De anachoreet. (Grafschrift.)Ga naar voetnoot* Hier leefde en stierf de man in armoê, pijn, en leed, Zich-zelv' door boete en rouw steeds onvermurwbaar wreed. Zijn dood stelde eindlijk perk aan 't onverduurbaar lijden, Van 't hongren, 't beêgeschrei, en 't nooit verpoosd kastijden. Wat lacht ge, ô spotters, met 's mans ijver, zoo verkeerd, Waarin 't welmeenend hart zijn Heiland heeft vereerd? Dus pijnlijk zag hem de aard die groote plicht volenden, In dwaling, maar oprecht, en zonder ze ooit te schenden. Gy, wien verlichter geest langs zachter pad geleidt, Betracht uw lichter plicht met de eige omzichtigheid. 1822. voetnoot* Krekelzangen II, 84. Vorige Volgende