De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 11
(1858)–Willem Bilderdijk– Auteursrechtvrij
[pagina 432]
| |
Op de dood van den hooggeleerden heer, Mr. M. Tydeman.Ga naar voetnoot*Multis ille bonis flebilis occidit. Zoo rukt een oogenblik, een enkele ademtocht,
By meer belezenheid en echte waarheidskunde
Dan de Almacht in deze eeuw aan eenig brein vergunde,
De oprechtste braafheid weg die 't aardrijk dragen mocht!
Doch, tydeman, uw vriend zal hier geen lauwren kwisten,
Geen traan, geen eerbewijs aan 't uitgeschudde stof:
Gy kende, aanbadt, en leedt, en stierft voleindigd Christen;
Uw Heiland riep u op, aan Hem alleen zij lof!
En, stort daar de arbeid in van meer dan tachtig jaren,
Met al wat stâge vlijt ter kennis mocht vergaâren,
En heel een levensloop van voorgang in den plicht;
Vloei' slechts des grijzaarts bloed een braafgeslacht in de aâren,
Dat op zijns vaders pad getrouwe schreden richt!
Gewis, zijn naam, zijn deugd, zijn godvrucht bleef in 't leven;
Vervuldigen zy zich in 't hem gelijkend kroost,
En de eigen Heilgenâ zal op zijn stamhuis kleven. -
Dit, droeve Weduwvrouw, dit, Neêrland, zij uw troost.
1825.
|
|