De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3
(1860)–Katharina Wilhelmina Bilderdijk-Schweickhardt– AuteursrechtvrijNederland.Ga naar voetnoot*'t Zij lieflijk in Itaaljes dreven,
Gewelfd met schittrend luchtazuur;
Waar zachte lentekoeltjens zweven
Langs velden met gebloemt' doorweven,
In 't hoogtijdtooisel der Natuur!
Maar lieflijker op Neêrlands grond,
Is eigen huis,
(By vreugde of kruis)
Waar 't wiegjen onzer Vaadren stond.
| |
[pagina 174]
| |
Grootsch zijn de ontzachlijke Apennijnen
Waar rots by rots de wolken tergt:
En waar in zonlichts wederschijnen,
De waatren keurjuweelen schijnen
By stroomen stortend van 't gebergt'.
Maar grootscher is voor 't Hollandsch hart
Het heuvlig duin
Met dorre kruin,
Dat golfgeweld en stormen tart.
De balsemlucht der Morgenlanden
Zij zoet als lenterozengeur: -
Men roem' hun rijke parelstranden,
Hun schoone bloem- en vruchtwaranden
Gesierd met frisscher levenskleur!
Hy wien het Hollandsch bloed doorvliet,
Verruilt zijn lucht,
Gebloemte en vrucht,
Voor al het schoon van 't Oosten niet!
Laat dankgevoel ons hart ontgloeien
Voor 't uitgelezenst plekjen aard,
By golfgeweld en stormwindloeien
Door Hem die 't water sluit in boeien
Zoo wonderdadig steeds bewaard!
Ach! dat ons haardstede en Altaar
Der heemlen Heer
Tot lof en eer
Steeds dierbrer en meer heilig waar'!
Al moeten we eigen woning derven,
Al ging ons huis zijn luister kwijt,
Nog veel is 't, op der Vaadren erven
Te leven, en te mogen sterven.
Door Nassaus bloed van 't juk bevrijd.
ô Houden wy dan Neêrlands grond
Met dankend hart
By vreugde of smart,
Den besten op heel 't wareldrond.
|
|