De Chineesche fluit(1921)–Hans Bethge– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 86] [p. 86] De drie princessen. La-Ksu-Feng. Drie princessen in het Land van Sym Stonden wachtende aan het blanke zeestrand, Keken uit verlangend naar een vaartuig, Dat haar voeren zou naar verre kusten, Naar de kusten waar de vrijheid woont. Drie princessen in het Land van Sym Hieven op haar handen naar de goden, Smeekten af vervulling van 't verlangen, Maar op 't gloeiend angstvervulde smeeken Sloeg geen enkele der goden acht. Drie princessen in het Land van Sym Klaagden lange dagen, lange nachten. Niemand hoorde hoe haar droefheid riep. En haar schoonheid welkte als bloemen welken En haar stem doofde uit gelijk een licht. Drie princessen in het Land van Sym Zitten oud en grijs aan 't blanke zeestrand En haar handen spelen met het zeezand En zij strooien 't zeezand op haar haren, Wanend dat het zomerbloemen zijn. Vorige Volgende