De Chineesche fluit(1921)–Hans Bethge– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 72] [p. 72] De vertoornde liefste. Yan-Tsen-Tsai. Lang las ik in een heerlijk boek, dien nacht, zóo lang Dat ik geheel vergat den tijd van slapen gaan, Terwijl het kolenbekken stil tot asch vergloeide En van mijn bed de bloeme-aromen al vervlogen. Mijn zoete lief was 't echter lang niet naar den zin. Ternauwernood verborg zij heimelijken toorn. Toen eindlijk nam zij 't lampje dapper van mij weg En vroeg: - ‘Mijn liefste, weet gij niet dat sedertlang De tijd voor slapen al gekomen is?’ Vorige Volgende