De Chineesche fluit(1921)–Hans Bethge– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 38] [p. 38] Aan Li-Tai-Po. Thu-Fu. De poëzie is uwe taal, o Li-Tai-Po, Gelijk het lied de aleeuwge taal der vooglen is. In zonnelicht en in het schaduwland van d'avond Voelt gij de poëzie der dingen, haar alleen. Als gouden wijn u laaft, zoo vliegen op de wolken Der dronkenschap u hemelzangen tegemoet. Verhevenste aller menschen! Zooals straalt de zon, Zoo hult gij ons in 't stralengoud van uwen geest. Neem, heerlijke, dit staamlen van vereering aan Van éen die, u bewondrend, diep in donker staat. Vorige Volgende