De architectuur van de goed geregelde omgeving.
TABK 19(1969).
Om duidelijk te maken waarover het in zijn nieuwe boek gaat, gebruikt Reyner Banham een parabel: ‘Een primitieve stam (van het soort dat alleen in parabels bestaat) komt 's avonds op een kampplaats, goed voorzien van hout. Fundamenteel bestaan er twee methoden om het “environmentele potentieel” van dit hout uit te baten. Het kan ofwel gebruikt worden om een scherm tegen de wind of een dak tegen de regen te bouwen (de structurele oplossing); of het kan aangewend worden om een vuur te maken (de energetische oplossing). Een ideale stam van nobele rationalisten zal de beschikbare hoeveelheid hout schatten, de weersomstandigheden voor de nacht bekijken, vochtig, winderig of koud, en al naar gelang over zijn voorraad hout beschikken. Een reële stam echter, erfgenaam van voorouderlijke culturele tradities, zal natuurlijk niets van dit alles doen, maar vuur maken of zich een beschutting oprichten, naar gelang de gewoonte het voorschrijft - en dit is, zoals uit deze studie zal blijken, wat ook de westerse, beschaafde landen doen, in de meeste gevallen althans’.
Naar deze parabel te oordelen behoort Banham bij de stam van de beschaafde westerlingen. Hij beschouwt zichzelf als een nobele rationalist, maar is in feite maar een reële mens, behept met de culturele determinaties van de stam waartoe hij behoort. Die stam is nog niet eens die van de beschaafde westerling in het algemeen, maar van de moderne architect en architectuurcriticus.
Wanneer Banham een parabel vertelt, is deze reeds zo gesystematiseerd en gerationaliseerd dat hij veel van zijn geloofwaardigheid verliest. Waar haalt hij het immers zo maar te stellen dat er fundamenteel twee methoden zijn die blijkbaar diametraal tegenover elkaar staan. Als er nu eens voldoende hout is om tesamen de structurele én de energetische oplossing toe te passen; een wind- en regenbeschutting te maken én een vuur aan te leggen. Als het nu eens in de gewoonten ligt - en dit is het meest voorkomende geval - dat primitieve stammen een vuur maken en een kamp afbakenen, waar blijft dan het onderscheid van Banham? Misschien is die structuur er zelfs nodig om de energetische oplossing te laten renderen.
Het heeft natuurlijk geen zin over een parabel te gaan vitten. Hij is echter zo juist gekozen en zo juist verteld dat hij op een uitmuntende wijze het hele boek samenvat met zijn fundamenteel juiste visie en zijn eenzijdige en tot op zekere hoogte ridicule uitwerking.
Banham stelt zijn boek in het teken van het humanisme: ‘In een wereld, meer tot menselijkheid genegen en meer bewust van de primaire menselijke verantwoordelijkheid van de architect, zouden de hoofdstukken die volgen geen apologie behoeven; ze zouden waarschijnlijk nooit geschreven zijn. Het ware