Synergische architectuur.
K&C-agenda, 16 april 1969.
In het kader van zijn bijzonder nummer over enkele aspecten van de verhouding tussen cultuur en politiek publiceert Streven (april '69) een heel belangwekkend artikel van zijn medewerker Henri Van Lier over wat hij noemt Synergische architectuur. Met deze term wil Van Lier de mutatie aanduiden die de hedendaagse architectuur heeft ondergaan of minstens bezig is te ondergaan. Hij wil geen nieuwe stijlcodes opgeven, niet voorspellen hoe de architectuur van de toekomst er zal uitzien. Hijzelf stelt uitdrukkelijk dat de ontwikkeling van de architectuur niet te voorzien is omdat er al te veel onbekende factoren zijn die haar op een heel onverwachte wijze kunnen beïnvloeden.
Hoe onverwacht deze ontwikkeling ook moge zijn, ze ontsnapt niet aan bepaalde voorwaarden, gegeven in de algemene situatie van de hedendaagse technische ontwikkeling. Hét kenmerk van de hedendaagse technische ontwikkeling ziet Van Lier in de synergie. In de biologie wordt deze term gebruikt om aan te duiden dat verschillende organen samenwerken om eenzelfde functie te vervullen; omgekeerd kan hij ook betekenen dat verschillende functies gerealiseerd worden door één orgaan. In deze laatste betekenis wendt Van Lier de term aan: ‘Verschillende functies van een machine worden aanvankelijk gerealiseerd in verschillende organen. Zolang ze gescheiden, “abstract” zijn, bestaat er tussen die organen altijd een zekere onverenigbaarheid en gaat er energie en informatie verloren. Overigens treedt onverenigbaarheid niet alleen op tussen verschillende organen, maar ook tussen de materie van het object en zijn structuur, tussen het object en zijn omringende natuur, tussen het ene object en het andere, tussen het object en de mens die het gebruikt. Behoefte aan synergie, aan concreetheid, treedt dus onder alle vormen op’.
Synergie betekent een opheffing van de incompatibiliteit tussen functies en organen en een wederzijdse versterking van de onderlinge reacties. In zijn artikel in Streven onderzoekt Van Lier op een indringende manier de gevolgen van dit nieuwe schema van denken en verbeelding op de architectuur. Hij vat ze samen in volgende punten:
1. De synergische techniek omvat alles. Wat een orgaan buiten zich laat, creëert aan de rand franjes van abstractie en dus verlies aan informatie en energie. Het synergisch net wil daarom alles omspannen, de hele planeet, woestijnen, poolgebieden en atmosfeer inbegrepen, en zelfs de reservaten die erin uitgespaard worden zitten nog in het net. De architectuur omvat dan ook de hele door de mens ingerichte omgeving: gebouwen, straten, auto- en spoorwegen, luchthavens, om het even welk georganiseerd gebied. Zij staat