Verstrooide gedichten uit vroeger en later tijd (1831-1861)(1863)–Nicolaas Beets– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 158] [p. 158] Morgenwekker. (Longfellow.) Een Wind kwam op uit d' oceaan, ‘Gy Neevlen!’ riep hy, ‘maakt ruim baan!’ Hy praaide 't schip en sprak: ‘Zeil voort! De nacht is om; de dagtoorts gloort.’ Hy haastte zich tot strand en kust, En riep: ‘'t Is dag! verlaat uw rust.’ ‘Juich!’ hief hy luidkeels aan in 't bosch: ‘Rol al uw loofbanieren los!’ Hy stoorde 't vogeltje' op zijn nest: ‘Ontwaak, mijn zanger! zing uw best!’ En op de werf: ‘O Kanteklaar!Ga naar voetnoot1) Steek uw bazuin; de dag is daar.’ In 't koren ging hy momm'lend rond: ‘Buig neêr! begroet den morgenstond.’ En gierend door den kranken muur: ‘Ontwaak, o klok! verkondig 't uur.’ Ook sloop hy door de kerkhofpoort, Maar fluisterde: ‘Nog niet! Slaapt voort.’ voetnoot1) Cantecleer (naar het latijn cantu clarus) is in “Reinaert de Vos” de naam van den Haan. Longfellow heeft Chanticleer. Vorige Volgende